Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: nachstellen

German and Dutch Translation Search Results for nachstellen

Summary

German to Dutch: more detail...

nachstellen:
- Wiktionary:
  nachstellen → samenspannen, belagen
- Synonyms for "nachstellen":
  nachregeln
  nachvollziehen; reproduzieren; wiederholen
  folgen; hinterher gehen; nachgehen; nachsteigen; verfolgen
  buhlen; freien; heranmachen; nachlaufen; nachrennen; umwerben; werben
- Synonyms for "Nachstellen":
  Nachstellung; Stalking

German

Detailed Translations for nachstellen from German to Dutch

nachstellen: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

nach: naar; toe; naar toe; na; achter; nadat; later dan; ergens naartoe; naartoe; waartoe
stellen: plaatsen; zetten; leggen; neerleggen; neerzetten; deponeren; stationeren; posten; posteren; onderuit halen

Spelling Suggestions for: nachstellen

nachstehen; nachbestellen; abstellen; aufstellen; darstellen; nachstreben; nachfüllen; Nachstellung; nachhallen; Nachstreben

nachstellen:

Synonyms for "nachstellen":

nachregeln
nachvollziehen; reproduzieren; wiederholen
folgen; hinterher gehen; nachgehen; nachsteigen; verfolgen
buhlen; freien; heranmachen; nachlaufen; nachrennen; umwerben; werben

Wiktionary Translations for nachstellen:

Cross Translation:

From	To	Via
• nachstellen	→ samenspannen; belagen	↔ comploter — Faire un complot, projeter, machiner un dessein criminel contre quelqu’un.

Nachstellen:

Synonyms for "Nachstellen":

Nachstellung; Stalking

External Machine Translations:

Dutch

Suggestions for nachstellen in Dutch

Spelling Suggestions for: nachstellen

nabestellen; navertellen; natellen

External Machine Translations: