German
Detailed Translations for Schafherde from German to Dutch
Schafherde: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Schaf: schaap; kuiken; uil; onnozele; schaapskop; onnozole hals; idioot; dwaas; onnozelaar; dommerik; achterlijke; onbenul; simpele ziel; onnozele kerel; sukkel; sufferd; uilskuiken; stommeling; uilenbal; minkukel; schapen
- Herde: schaar; massa; troep; kudde; horde; schare; drom
Wiktionary Translations for Schafherde:
Schafherde
noun
-
een kudde schapen