English
Detailed Translations for be willing to from English to Dutch
be willing to: (*Using Word and Sentence Splitter)
- be: zijn; zich bevinden; uithangen; bevinden; vormen; modelleren; boetseren; vorm geven
- will: plan; opzet; voornemen; verlangen; begeren; testament; laatste wil; uiterste wilsbeschikking; zullen
- willing: bereid; soepel; meegaand; gewillig; toegeeflijk; inschikkelijk; gedwee; toegevend; bereidwillig; bereidvaardig; welwillend; goedgunstig; gehoorzaam; genegen; dienstbaar; willig; dienstwillig
- to: tot; totdat; tot bij; aan; naar; toe; naar toe; bij; erbij; erop; ergens naartoe; tot aan; ertoe; ten; ten strijde; te; ernaar; tot en met; t/m
Wiktionary Translations for be willing to:
be willing to
Cross Translation:
verb
-
iets als verlangen hebben
- willen → want; be willing to; wish
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• be willing to | → willen | ↔ vouloir — Avoir l’intention, la volonté de faire quelque chose, s’y déterminer. (Sens général) |