English
Detailed Translations for give suck from English to Dutch
give suck: (*Using Word and Sentence Splitter)
- give: geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; reiken; aanbieden; verstrekken; verlenen; declareren; toewijzen; toekennen; gunnen; toebedelen; iets toekennen; doneren; schenken; cadeau geven; cadeau doen; bestellen; brengen; bezorgen; afleveren; rondbrengen; thuisbezorgen
- suck: pijpen; fellatio doen; zuigen; sabbelen; lurken; slurpen; afzuigen; opzuigen; wegzuigen
give suck:
Translation Matrix for give suck:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | breastfeed; lactate; nurse; suck; suckle; wet-nurse |