Summary
English to Dutch: more detail...
-
law-breaking:
The word law-breaking exists in our database, but we currently do not have a translation from English to Dutch.-
Synonyms for "law-breaking":
crime; transgression; evildoing
-
Synonyms for "law-breaking":
English
Detailed Translations for law-breaking from English to Dutch
law-breaking: (*Using Word and Sentence Splitter)
- law: wet; politie; rechten; politiemacht
- break: breken; stukbreken; aan stukken breken; pauze; onderbreking; tussenpoos; breuk; fractuur; kapot maken; slechten; rustpauze; verpozing; rust; rusttijd; rustpoos; moeren; kapotmaken; mollen; in stukken breken; kapotbreken; uitbreken; ontsnapping; uitbraak; ontvluchting; inslaan; verbrijzelen; kapotslaan; stukslaan; aan stukken slaan; met opzet kapotmaken; lunch; middagpauze; lunchpauze; lunchtijd; schafttijd; schaftuur; kapotgaan; stukgaan; speelkwartier; onklaar raken; knakken; ingooien; lichten; licht worden; zich misdragen
- breaking: breken; daagt; kapotmaken; knakken
law-breaking:
Translation Matrix for law-breaking:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | crime; criminal offence; criminal offense; offence; offense |
Synonyms for "law-breaking":
Related Definitions for "law-breaking":
External Machine Translations: