French

Detailed Translations for type from French to Dutch

type:

type [le ~] noun

  1. le type (genre; sorte; catégorie; )
    de soort; het type; het genre; de slag
  2. le type (mec; monsieur; homme; gars; zèbre)
    de knakker; de man; de knul; de vent; de gozer; de kerel; de gast
  3. le type
    de figuur; het type; het individu
  4. le type
    de kerel
  5. le type (subdivision; catégorie; classe; )
    de klasse; de onderverdeling; de aard
  6. le type (dandy; fat)
    het heertje; het fatje
  7. le type (colosse; mastodonte)
    het gevaarte; de kanjer; loei; de knoert; de kokker; de kokkerd; de knaap; de joekel
  8. le type (gamin; petit homme; petit bonhomme; bout d'homme; petit bout d'homme)
    het jochie; het jongetje; kleine jongen
  9. le type (sujet; monsieur; gaillard; homme)
    het sujet; het heerschap; de vent
  10. le type (spécimen; échantillon; monstre; )
    het specimen; het monster; de staal; het staaltje; de proeve; het model; het proefje
  11. le type (drôle de type; gamin)
    de snuiter
  12. le type (mec; gaillard; homme; gars)
    de knakker; de knul; de kerel; goser; de gozer; de vent

Translation Matrix for type:

NounRelated TranslationsOther Translations
aard catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type buste; caractère; genre; nature; poitrine; sorte; tempérament; âme
fatje dandy; fat; type
figuur type figure; forme; personnage; personnage de théatre; physique; posture; silhouette; stature; taille
gast gars; homme; mec; monsieur; type; zèbre familier; habitué; habituée; hôte; invité; invitée; pilier de café; visiteur; visiteur régulier
genre catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type genre
gevaarte colosse; mastodonte; type colosse
goser gaillard; gars; homme; mec; type
gozer gaillard; gars; homme; mec; monsieur; type; zèbre
heerschap gaillard; homme; monsieur; sujet; type
heertje dandy; fat; type
individu type homme; individu; mortel; personne; solitaire; être
jochie bout d'homme; gamin; petit bonhomme; petit bout d'homme; petit homme; type bambin; gamin; gosse
joekel colosse; mastodonte; type colosse; géant; ogre; titane
jongetje bout d'homme; gamin; petit bonhomme; petit bout d'homme; petit homme; type
kanjer colosse; mastodonte; type bel homme; fille du tonnerre; jolie femme; type épatant
kerel gaillard; gars; homme; mec; monsieur; type; zèbre homme; individu; personne du sexe masculin
klasse catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type catégorie; classe; classe d'objets; classe sociale; groupe social; niveau; ordre; rang; sorte
kleine jongen bout d'homme; gamin; petit bonhomme; petit bout d'homme; petit homme; type bambin; enfant; petit; petit garçon; petite fille
knaap colosse; mastodonte; type
knakker gaillard; gars; homme; mec; monsieur; type; zèbre
knoert colosse; mastodonte; type colosse; géant; hache de guerre; ogre
knul gaillard; gars; homme; mec; monsieur; type; zèbre
kokker colosse; mastodonte; type
kokkerd colosse; mastodonte; type gros nez; nez tubéreux; pif; trompe
loei colosse; mastodonte; type
man gars; homme; mec; monsieur; type; zèbre compagnon; conjoint; homme; individu; mari; partenaire; personne du sexe masculin; époux
model exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon cover-girl; dessin préalable; esquisse; forme de base; mannequin; maquette; modèle; prototype
monster exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon bête; gnome; monstre; sale cabot
onderverdeling catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type
proefje exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon
proeve exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon
slag catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type bataille; bataille rangée; claque; classe; classe sociale; combat; contrecoup; coup; coup de poing; déception; désillusion; espèce; genre; groupe social; guerre; lutte; ordre; race; rang; sorte; torgnole; tuile; variété
snuiter drôle de type; gamin; type
soort catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type espèce; genre; nature; race; sorte; variété
specimen exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon
staal exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon acier; alliage ferreux; fer
staaltje exemplaire; exemple; maquette; modèle; monstre; numéro; spécimen; type; échantillon
sujet gaillard; homme; monsieur; sujet; type
type catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type air; allure; apparence; aspect; extérieur; figure; forme; mine; physique
vent gaillard; gars; homme; mec; monsieur; sujet; type; zèbre homme; individu; personne du sexe masculin
ModifierRelated TranslationsOther Translations
klasse classe

Synonyms for "type":


Wiktionary Translations for type:

type
adjective
  1. Qui est caractéristique. Qui est donné comme exemple.
type
noun
  1. een groep voorwerpen die een bepaald aantal kenmerken gemeenschappelijk heeft en zich daarin onderscheidt van overeenkomstige groepen

Cross Translation:
FromToVia
type duivel; duvel devil — person, especially a man; used to express a particular opinion of him
type kerel dude — slang: man
type soort sort — type
type type type — grouping based on shared characteristics
type kerel; pik; vent Kerl — eine männliche Person (Dieser Begriff kann sowohl eine positive als auch eine negative Konnotation tragen je nach Eigenschaft der Männlichkeit, die angesprochen wird.)

typé:


Synonyms for "typé":


type form of typer:

typer verb (type, types, typons, typez, )

  1. typer (caractériser)
    karakteriseren; kenmerken; tekenen; typeren; kenschetsen
    • karakteriseren verb (karakteriseer, karakteriseert, karakteriseerde, karakteriseerden, gekarakteriseerd)
    • kenmerken verb (kenmerk, kenmerkt, kenmerkte, kenmerkten, gekenmerkt)
    • tekenen verb (teken, tekent, tekende, tekenden, getekend)
    • typeren verb (typeer, typeert, typeerde, typeerden, getypeerd)
    • kenschetsen verb (kenschets, kenschetst, kenschetste, kenschetsten, gekenschetst)
  2. typer (caractériser; déterminer; définir; )
    karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; typeren
    • karakteriseren verb (karakteriseer, karakteriseert, karakteriseerde, karakteriseerden, gekarakteriseerd)
    • kenmerken verb (kenmerk, kenmerkt, kenmerkte, kenmerkten, gekenmerkt)
    • kenschetsen verb (kenschets, kenschetst, kenschetste, kenschetsten, gekenschetst)
    • typeren verb (typeer, typeert, typeerde, typeerden, getypeerd)
  3. typer (stigmatiser; marquer; brûler; )
    branden; markeren; brandmerken; inbranden; van stigma's voorzien
    • branden verb (brand, brandt, brandde, brandden, gebrand)
    • markeren verb (markeer, markeert, markeerde, markeerden, gemarkeerd)
    • brandmerken verb (brandmerk, brandmerkt, brandmerkte, brandmerkten, gebrandmerkt)
    • inbranden verb (brand in, brandt in, brandde in, brandden in, ingebrand)
    • van stigma's voorzien verb (voorzie van stigma's, voorziet van stigma's, voorzag van stigma's, voorzagen van stigma's, van stigma's voorzien)

Conjugations for typer:

Présent
  1. type
  2. types
  3. type
  4. typons
  5. typez
  6. typent
imparfait
  1. typais
  2. typais
  3. typait
  4. typions
  5. typiez
  6. typaient
passé simple
  1. typai
  2. typas
  3. typa
  4. typâmes
  5. typâtes
  6. typèrent
futur simple
  1. typerai
  2. typeras
  3. typera
  4. typerons
  5. typerez
  6. typeront
subjonctif présent
  1. que je type
  2. que tu types
  3. qu'il type
  4. que nous typions
  5. que vous typiez
  6. qu'ils typent
conditionnel présent
  1. typerais
  2. typerais
  3. typerait
  4. typerions
  5. typeriez
  6. typeraient
passé composé
  1. ai typé
  2. as typé
  3. a typé
  4. avons typé
  5. avez typé
  6. ont typé
divers
  1. type!
  2. typez!
  3. typons!
  4. typé
  5. typant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Translation Matrix for typer:

NounRelated TranslationsOther Translations
branden fait de brûler
VerbRelated TranslationsOther Translations
branden brûler; distiller; incendier; marquer; marquer d'un trait; munir de stigmates; stigmatiser; torréfier; typer brûler; flamber; graver; griller; roussir
brandmerken brûler; distiller; incendier; marquer; marquer d'un trait; munir de stigmates; stigmatiser; torréfier; typer
inbranden brûler; distiller; incendier; marquer; marquer d'un trait; munir de stigmates; stigmatiser; torréfier; typer brûler dans
karakteriseren caractériser; décrire; définir; dépeindre; déterminer; marquer; marquer d'un trait; peindre; typer
kenmerken caractériser; décrire; définir; dépeindre; déterminer; marquer; marquer d'un trait; peindre; typer
kenschetsen caractériser; décrire; définir; dépeindre; déterminer; marquer; marquer d'un trait; peindre; typer
markeren brûler; distiller; incendier; marquer; marquer d'un trait; munir de stigmates; stigmatiser; torréfier; typer marquer; mettre en surbrillance; surlignage; surligner
tekenen caractériser; typer calquer; dessiner; dépeindre; faire le portrait de; peindre; représenter; signer; tracer
typeren caractériser; décrire; définir; dépeindre; déterminer; marquer; marquer d'un trait; peindre; typer
van stigma's voorzien brûler; distiller; incendier; marquer; marquer d'un trait; munir de stigmates; stigmatiser; torréfier; typer

Synonyms for "typer":


Related Translations for type



Dutch

Detailed Translations for type from Dutch to French

type:

type [het ~] noun

  1. het type (genre; soort; slag)
    le type; le genre; la sorte; la catégorie; l'espèce; la classe; la subdivision
  2. het type (uiterlijk; verschijning; voorkomen; )
    l'apparence; l'allure; la forme; la figure; la mine; l'aspect; l'air; le physique; l'extérieur
  3. het type (figuur; individu)
    le type

Translation Matrix for type:

NounRelated TranslationsOther Translations
air aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanzien; allure; deun; deuntje; exterieur; manier van kijken; melodie; wijs; wijsje
allure aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanzien; air; allure; draf; gang van een paard; gezwindheid; in volle vaart; kwiekheid; rapheid; rapiditeit; rijsnelheid; schielijkheid; snelheid; tempo; tred; vaart; vlotheid; vlugheid
apparence aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aangezicht; aanzien; air; allure; buitenkant; dekmantel; exterieur; façade; gedaante; iemand zijn uiterlijk; illusie; masker; schijn; schijngestalte; uiterlijk; uiterlijke schijn; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm; weergave
aspect aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanblik; aangezicht; aanzien; allure; aspect; buitenkant; exterieur; facet; gedaante; iemand zijn uiterlijk; opzicht; schim; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm
catégorie genre; slag; soort; type aard; afdeling; basisbestanddeel; bestanddeel; categorie; classificatie; component; deel; departement; detachement; element; fractie; ingrediënt; klasse; kleurcategorie; onderdeel; onderverdeling; prijsklasse; sectie; stuk; tak
classe genre; slag; soort; type aard; cursus; deftigheid; distinctie; gedistingeerdheid; instructie; klas; klaslokaal; klasse; klassenlokaal; lering; les; maatschappelijke klasse; objectklasse; onderricht; onderrichting; onderverdeling; onderwijs; orde; rang; schooljaar; schoolklas; schoollokaal; slag; stand; vaklokaal; voornaamheid; welgemanierdheid
espèce genre; slag; soort; type aard; familie; geslacht; klasse; onderverdeling; ras; slag; soort; stamhuis
extérieur aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aangezicht; aanzien; buitenkant; buitenste; buitenzijde; exterieur; gedaante; iemand zijn uiterlijk; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm
figure aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aangezicht; figuur; gedaante; gelaat; gezicht; lichaamslijn; personage; postuur; schim; silhouet; uiterlijk; verschijning
forme aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm afgieting; afgietsel; belijdenis; conditie; drukvorm; figuur; gedaante; gietmal; gietsel; gietvorm; in vorm zijn; leest; lichaamslijn; mal; matrijs; matrix; modelvorm; moedervorm; postuur; schim; schoenleest; shape; silhouet; uiterlijk; verschijning; vorm; vormsel
genre genre; slag; soort; type aard; genre; handelwijze; klasse; manier; methode; onderverdeling; procedure; ras; slag; soort; trant; wijs; wijze
mine aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanzien; exterieur; groeve; mijn; mijngroeve
physique aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aangezicht; buitenkant; constitutie; figuur; fysica; gedaante; iemand zijn uiterlijk; lichaamsbouw; natuurkunde; postuur; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm
sorte genre; slag; soort; type aard; klasse; maatschappelijke klasse; onderverdeling; orde; rang; slag; soort; stand
subdivision genre; slag; soort; type aard; klasse; onderafdeling; onderverdeling; vertakking
type figuur; genre; individu; slag; soort; type aard; fatje; gast; gevaarte; goser; gozer; heerschap; heertje; jochie; joekel; jongetje; kanjer; kerel; klasse; kleine jongen; knaap; knakker; knoert; knul; kokker; kokkerd; loei; man; model; monster; onderverdeling; proefje; proeve; snuiter; specimen; staal; staaltje; sujet; vent
- figuur; vogel
ModifierRelated TranslationsOther Translations
classe eersteklas; klasse
extérieur buitenlands; extern; uit een vreemd land; uiterlijk; uitwendig; uitwonend
physique conditioneel; fysiek; fysieke gesteldheid betreffend; fysisch; lijfelijk; natuurkundig; sensueel; wulps; zinlijk; zinnelijk

Related Words for "type":

  • types

Synonyms for "type":


Related Definitions for "type":

  1. persoon met bepaalde kenmerken1
    • een gezellig type is dat!1
  2. soort met bepaalde kenmerken1
    • welk type auto koop je?1

Wiktionary Translations for type:

type
adjective
  1. Qui est caractéristique. Qui est donné comme exemple.

Cross Translation:
FromToVia
type sorte; genre; acabit kind — type, race, category
type type; genre type — grouping based on shared characteristics