Translate s'acidifier from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

s'acidifier:
- verzuren; schiften; zuur worden; doen verzuren; zuur maken; aanzuren; zuurder maken

French

Detailed Translations for s'acidifier from French to Dutch

s'acidifier (aigrir; acidifier; gâcher; surir; devenir aigre; aciduler; s'aigrir; rendre aigre)
verzuren; schiften; zuur worden
- verzuren verb (verzuur, verzuurt, verzuurde, verzuurden, verzuurd)
- schiften verb (schift, schiftte, schiftten, geschift)
- zuur worden verb
s'acidifier (acidifier; aigrir; s'aigrir; tourner à l'aigre; rendre aigre)
doen verzuren; zuur maken
- doen verzuren verb
- zuur maken verb
s'acidifier (acidifier; vinaigrer)
aanzuren; zuurder maken
- aanzuren verb (zuur aan, zuurt aan, zuurde aan, zuurden aan, aangezuurd)
- zuurder maken verb

Verb	Related Translations	Other Translations
aanzuren	acidifier; s'acidifier; vinaigrer
doen verzuren	acidifier; aigrir; rendre aigre; s'acidifier; s'aigrir; tourner à l'aigre
schiften	acidifier; aciduler; aigrir; devenir aigre; gâcher; rendre aigre; s'acidifier; s'aigrir; surir	arranger; choisir; classer; coupler; enchaîner; opter pour; passer les vitesses; prendre; préférer; repartir; sélectionner; séparer; trier; élire
verzuren	acidifier; aciduler; aigrir; devenir aigre; gâcher; rendre aigre; s'acidifier; s'aigrir; surir
zuur maken	acidifier; aigrir; rendre aigre; s'acidifier; s'aigrir; tourner à l'aigre
zuur worden	acidifier; aciduler; aigrir; devenir aigre; gâcher; rendre aigre; s'acidifier; s'aigrir; surir
zuurder maken	acidifier; s'acidifier; vinaigrer