Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. naarstig:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for naarstig from Dutch to German

naarstig:

naarstig adj

  1. naarstig (verwoed)

Translation Matrix for naarstig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
arbeitsam naarstig; verwoed actief; arbeidzaam; bedrijvig; bezig; nijver; noest
emsig naarstig; verwoed actief; bedreven; bedrijvig; bezet; bezig; druk; drukbezet; drukpratend; geanimeerd; ijverig; nijver; noest; onvermoeibaar; vlijtig
fleißig naarstig; verwoed actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; bezet; bezig; druk; drukbezet; hardwerkend; ijverig; nijver; noest; vlijtig; werkend; werkzaam

Related Words for "naarstig":


Wiktionary Translations for naarstig:

naarstig
adjective
  1. ijverig en vlug
naarstig
Cross Translation:
FromToVia
naarstig beflissen; emsig; fleißig; geflissentlich; strebsam assidu — propre|fr (figuré) Qui fait preuve d’assiduité.
naarstig arbeitsam; geschäftig; beflissen; emsig; fleißig; geflissentlich; strebsam laborieux — Qui travaille beaucoup, qui aime le travail.