Summary
Dutch to German: more detail...
- beïnvloeden:
-
Wiktionary:
- beïnvloeden → beeinflussen
- beïnvloeden → beeinflussen, beeinträchtigen, einwirken, interagieren, Einfluß haben auf
Dutch
Detailed Translations for beïnvloeden from Dutch to German
beïnvloeden:
Conjugations for beïnvloeden:
o.t.t.
- beïnvloed
- beïnvloedt
- beïnvloedt
- beïnvloeden
- beïnvloeden
- beïnvloeden
o.v.t.
- beïnvloedde
- beïnvloedde
- beïnvloedde
- beïnvloedden
- beïnvloedden
- beïnvloedden
v.t.t.
- heb beïnvloed
- hebt beïnvloed
- heeft beïnvloed
- hebben beïnvloed
- hebben beïnvloed
- hebben beïnvloed
v.v.t.
- had beïnvloed
- had beïnvloed
- had beïnvloed
- hadden beïnvloed
- hadden beïnvloed
- hadden beïnvloed
o.t.t.t.
- zal beïnvloeden
- zult beïnvloeden
- zal beïnvloeden
- zullen beïnvloeden
- zullen beïnvloeden
- zullen beïnvloeden
o.v.t.t.
- zou beïnvloeden
- zou beïnvloeden
- zou beïnvloeden
- zouden beïnvloeden
- zouden beïnvloeden
- zouden beïnvloeden
diversen
- beïnvloed!
- beïnvloedt!
- beïnvloed
- beïnvloedend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for beïnvloeden:
Wiktionary Translations for beïnvloeden:
beïnvloeden
Cross Translation:
verb
-
iemand of iets proberen te veranderen, invloed nemen op
- beïnvloeden → beeinflussen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beïnvloeden | → beeinflussen | ↔ affect — to influence or alter |
• beïnvloeden | → beeinflussen; beeinträchtigen; einwirken | ↔ impact — to influence |
• beïnvloeden | → beeinflussen | ↔ influence — transitive: to exert an influence upon |
• beïnvloeden | → interagieren | ↔ interact — act upon each other |
• beïnvloeden | → beeinflussen; Einfluß haben auf; einwirken | ↔ influer — faire impression sur une chose, exercer sur elle une action qui tendre à la modifier. |