Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. iets toekennen:


Dutch

Detailed Translations for iets toekennen from Dutch to German

iets toekennen:

iets toekennen verb

  1. iets toekennen (toebedelen; toewijzen; toekennen; gunnen)
    zuweisen; zuteilen; zuerkennen; gönnen; zugestehen; überreichen
    • zuweisen verb (weise zu, weist zu, wies zu, wiest zu, zugewiesen)
    • zuteilen verb (teile zu, teilst zu, teilt zu, teilte zu, teiltet zu, zugeteilt)
    • zuerkennen verb (erkenne zu, erkennst zu, erkennt zu, erkannte zu, erkanntet zu, zuerkannt)
    • gönnen verb (gönne, gönnst, gönnt, gönnte, gönntet, gegönnt)
    • zugestehen verb (gestehee zu, gestehest zu, gestehet zu, gestehete zu, gestehetet zu, zugesteht)
    • überreichen verb (überreiche, überreichst, überreicht, überreichte, überreichtet, überreicht)

Translation Matrix for iets toekennen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
gönnen gunnen; iets toekennen; toebedelen; toekennen; toewijzen gunnen; gunst verlenen; laten; permitteren; toelaten
zuerkennen gunnen; iets toekennen; toebedelen; toekennen; toewijzen binnen laten; gunnen; gunst verlenen; toegeven; toekennen; toelaten; vergunnen; verlenen; zich over geven
zugestehen gunnen; iets toekennen; toebedelen; toekennen; toewijzen als waar erkennen; autoriseren; binnen laten; erkennen; goed vinden; toegeven; toekennen; toelaten; toestaan; toestemmen; vergunnen; verlenen; zich over geven
zuteilen gunnen; iets toekennen; toebedelen; toekennen; toewijzen bedelen; begiftigen; beschenken; distribueren; indelen bij; rantsoeneren; ronddelen; rondgeven; rondreiken; uitdelen; uitreiken; verdelen
zuweisen gunnen; iets toekennen; toebedelen; toekennen; toewijzen goed vinden; toestaan; toestemmen; toewijzen
überreichen gunnen; iets toekennen; toebedelen; toekennen; toewijzen aangeven; aanreiken; afgeven; distribueren; doorgeven; geven; inleveren; overhandigen; reiken; ronddelen; uitreiken; verdelen; verder reiken

Related Translations for iets toekennen