Dutch
Detailed Translations for inspecteurs from Dutch to German
inspecteurs:
-
de inspecteurs (opzieners; toezichthouders; opzichters; surveillanten)
Translation Matrix for inspecteurs:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Aufseher | inspecteurs; opzichters; opzieners; surveillanten; toezichthouders | bewaker; cipier; curator; dierverzorger; gevangenbewaarder; koddebeier; oppasser; opzichter; opzichters; opziener; opzieners; portier; suppoost; suppoosten; toezichthouders; verzorger; voogd; wacht; zaalwachter; zaalwachters |
Aufsichtsbeamten | inspecteurs; opzichters; opzieners; surveillanten; toezichthouders | opzichters; opzieners |
Related Words for "inspecteurs":
inspecteurs form of inspecteur:
-
de inspecteur (controleur)
Translation Matrix for inspecteur:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Inspekteur | controleur; inspecteur | conducteur; controleur; treinconducteur |
Inspektor | controleur; inspecteur | conducteur; controleur; treinconducteur |
Kontrolleur | controleur; inspecteur | conducteur; controleur; treinconducteur |