Summary
Dutch to German: more detail...
- overweldigend:
- overweldigen:
-
Wiktionary:
- overweldigend → entmutigend, überwältigend, pompös, grandios, großartig, blank, herrlich, stattlich, wunderbar, prachtvoll, wundervoll
- overweldigen → überwältigen, zwingen
Dutch
Detailed Translations for overweldigend from Dutch to German
overweldigend:
-
overweldigend (overdonderend; imposant)
überwältigend; eindrucksvoll; beeindruckend; imposant; imponierend; enorm; kolossal-
überwältigend adj
-
eindrucksvoll adj
-
beeindruckend adj
-
imposant adj
-
imponierend adj
-
enorm adj
-
kolossal adj
-
Translation Matrix for overweldigend:
Related Words for "overweldigend":
Wiktionary Translations for overweldigend:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• overweldigend | → entmutigend | ↔ daunting — overwhelming, intimidatingly impressive |
• overweldigend | → überwältigend | ↔ overwhelming — overpowering |
• overweldigend | → pompös; grandios; großartig; blank; herrlich; stattlich; wunderbar; prachtvoll; wundervoll | ↔ magnifique — Qui est plein de magnificence, somptueux. |
overweldigen:
-
overweldigen (overmeesteren; zich meester maken van; overmannen)
Conjugations for overweldigen:
o.t.t.
- overweldig
- overweldigt
- overweldigt
- overweldigen
- overweldigen
- overweldigen
o.v.t.
- overweldigde
- overweldigde
- overweldigde
- overweldigden
- overweldigden
- overweldigden
v.t.t.
- heb overweldigd
- hebt overweldigd
- heeft overweldigd
- hebben overweldigd
- hebben overweldigd
- hebben overweldigd
v.v.t.
- had overweldigd
- had overweldigd
- had overweldigd
- hadden overweldigd
- hadden overweldigd
- hadden overweldigd
o.t.t.t.
- zal overweldigen
- zult overweldigen
- zal overweldigen
- zullen overweldigen
- zullen overweldigen
- zullen overweldigen
o.v.t.t.
- zou overweldigen
- zou overweldigen
- zou overweldigen
- zouden overweldigen
- zouden overweldigen
- zouden overweldigen
en verder
- ben overweldigd
- bent overweldigd
- is overweldigd
- zijn overweldigd
- zijn overweldigd
- zijn overweldigd
diversen
- overweldig!
- overweldigt!
- overweldigd
- overweldigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
overweldigen (overstelpen)
die überhäufung
Translation Matrix for overweldigen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
überhäufung | overstelpen; overweldigen | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
bezwingen | overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van | bedaren; bedwingen; beheersen; beteugelen; in bedwang houden; intomen; matigen; onderdrukken; terughouden |
unterwerfen | overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van | bloot stellen aan; onder gezag brengen; onderwerpen |
zähmen | overmannen; overmeesteren; overweldigen; zich meester maken van | onder gezag brengen; onderwerpen; temmen |
Wiktionary Translations for overweldigen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• overweldigen | → überwältigen | ↔ drown — to overpower |
• overweldigen | → zwingen | ↔ force — compel (someone to do something) |