Dutch
Detailed Translations for plebs from Dutch to German
plebs:
-
het plebs (gepeupel; rapaille; grauw)
die Sippschaft; Lumpengesindel; der Pöbel; Geschirr; Gesindel; Angelgerät; Gelichter; der Plebs; Gezücht
Translation Matrix for plebs:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Angelgerät | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | hengel; hengelgerei; visgerei; vishengel; visnet; vistuig |
Gelichter | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | broeden; gebroed |
Geschirr | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | afwas; porselein; vaat; vaatwerk |
Gesindel | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | broeden; gajes; geboefte; gebroed; gespuis; geteisem; janhagel; schorriemorrie; tuig; uitschot |
Gezücht | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | aanfok; broed; broedsel; fok; fokkerij; gebroed; gespuis; teelt; telen; veefokkerij; verbouw; voortbrenging; voortplanting |
Lumpengesindel | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | broeden; gajes; geboefte; gebroed; gespuis; schorriemorrie; tuig; uitschot |
Plebs | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | broeden; gebroed |
Pöbel | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | broeden; canaille; gajes; geboefte; gebroed; gespuis; grauw; grom; schorriemorrie; snauw; tuig; uitschot |
Sippschaft | gepeupel; grauw; plebs; rapaille | broeden; familie; gajes; gebroed; gezin; huisgezin |