Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate scherm

Translate scherm from Dutch to German

Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. scherm:
  2. schermen:
  3. Wiktionary:

Dutch

Detailed Translations for scherm from Dutch to German

scherm:

scherm [het ~] noun

  1. het scherm
    der Schirm; die Kulisse; der Vorhang
  2. het scherm
    der Bildschirm
  3. het scherm
    Bild

Translation Matrix for scherm:

NounRelated TranslationsOther Translations
Bild scherm afbeelden; afbeelding; beeld; beeldhouwwerk; digitale afbeelding; doek; foto; kiek; opvoering; parade; portret; prent; scene; schilderij; schildering; schilderstuk; sculptuur; show; staatsie; tableau; tafereel; vertoning; visioen; voorstelling
Bildschirm scherm beeldscherm; monitor
Kulisse scherm
Schirm scherm beeldscherm; monitor
Vorhang scherm draperie; geplooide stof; gordijn; overgordijn; voorhang; voorhangsel

Related Words for "scherm":


Wiktionary Translations for scherm:

scherm
noun
  1. wat dient om te zorgen dat je iets niet kunt zien, of ter bescherming
  2. 1. een schut tegen het directe zonlicht
  3. 2. een schut tegen het directe zonlicht
  4. 3. een gordijnachtige doek in een schouwburg
  5. 4. een ongevallenpreventie
  6. 5. een schut tegen zicht of wind
  7. 1. een monitor van een technisch toestel
  8. 2. een onderdeel van een bioscoop
  9. 3. een projectiescherm
  10. een bloeiwijze waarbij alle zijassen (bloemstelen) uit één punt ontspringen
Cross Translation:
FromToVia
• scherm → Schutz ↔ shield — anything which protects or defends
• scherm → Schirm; Regenschirm; Sonnenschirm ↔ ombrelle — Petit parasol dont se servent surtout les femmes.
• scherm → Gardine; Vorhang ↔ rideau — pièce d’étoffe, qu’on emploie pour cacher, couvrir, entourer quelque chose.

schermen:

schermen verb (scherm, schermt, schermde, schermden, geschermd)

  1. schermen
    fechten
    • fechten verb (fechte, fechtest, fechtet, focht, fochtet, gefochten)

Conjugations for schermen:

o.t.t.
  1. scherm
  2. schermt
  3. schermt
  4. schermen
  5. schermen
  6. schermen
o.v.t.
  1. schermde
  2. schermde
  3. schermde
  4. schermden
  5. schermden
  6. schermden
v.t.t.
  1. heb geschermd
  2. hebt geschermd
  3. heeft geschermd
  4. hebben geschermd
  5. hebben geschermd
  6. hebben geschermd
v.v.t.
  1. had geschermd
  2. had geschermd
  3. had geschermd
  4. hadden geschermd
  5. hadden geschermd
  6. hadden geschermd
o.t.t.t.
  1. zal schermen
  2. zult schermen
  3. zal schermen
  4. zullen schermen
  5. zullen schermen
  6. zullen schermen
o.v.t.t.
  1. zou schermen
  2. zou schermen
  3. zou schermen
  4. zouden schermen
  5. zouden schermen
  6. zouden schermen
en verder
  1. ben geschermd
  2. bent geschermd
  3. is geschermd
  4. zijn geschermd
  5. zijn geschermd
  6. zijn geschermd
diversen
  1. scherm!
  2. schermt!
  5. geschermd
  6. schermende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for schermen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
fechten schermen bekampen; bestrijden; bevechten; kampen; kleine gevechten leveren; schermutselen; strijd voeren; strijden; vechten

Related Words for "schermen":


Wiktionary Translations for schermen:

Cross Translation:
FromToVia
• schermen → Fechten ↔ fencing — sport
• schermen → Fechten; Fechtkunst ↔ escrime — Art de faire des armes ou exercice à l’épée, au sabre, au fleuret, à la baïonnette, etc., par lequel on apprendre à se battre.

External Machine Translations:






Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0549 seconds
Page rendered in 1.0 seconds