Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. stencil:
  2. stencilen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stencil from Dutch to German

stencil:

stencil [de ~ (m)] noun

  1. de stencil (strooibiljet; pamflet)
    Flugblatt; Faltblatt

stencil

  1. stencil
    die Schablone

Translation Matrix for stencil:

NounRelated TranslationsOther Translations
Faltblatt pamflet; stencil; strooibiljet brochure; foldertje; pamflet; strooibiljet; vlugschrift
Flugblatt pamflet; stencil; strooibiljet brochure; pamflet; strooibiljet; vlugschrift
Schablone stencil mal; modelvorm; sjablone; sjabloon; stereotype; vast patroon

Related Words for "stencil":

  • stencilen, stencils, stenciltje, stenciltjes

stencilen:

stencilen verb (stencil, stencilt, stencilde, stencilden, gestencild)

  1. stencilen (kopiëren)
    vervielfältigen; kopieren
    • vervielfältigen verb (vervielfältige, vervielfältigst, vervielfältigt, vervielfältigte, vervielfältigtet, vervielfältigt)
    • kopieren verb (kopiere, kopierst, kopiert, kopierte, kopiertet, kopiert)
  2. stencilen

Conjugations for stencilen:

o.t.t.
  1. stencil
  2. stencilt
  3. stencilt
  4. stencilen
  5. stencilen
  6. stencilen
o.v.t.
  1. stencilde
  2. stencilde
  3. stencilde
  4. stencilden
  5. stencilden
  6. stencilden
v.t.t.
  1. heb gestencild
  2. hebt gestencild
  3. heeft gestencild
  4. hebben gestencild
  5. hebben gestencild
  6. hebben gestencild
v.v.t.
  1. had gestencild
  2. had gestencild
  3. had gestencild
  4. hadden gestencild
  5. hadden gestencild
  6. hadden gestencild
o.t.t.t.
  1. zal stencilen
  2. zult stencilen
  3. zal stencilen
  4. zullen stencilen
  5. zullen stencilen
  6. zullen stencilen
o.v.t.t.
  1. zou stencilen
  2. zou stencilen
  3. zou stencilen
  4. zouden stencilen
  5. zouden stencilen
  6. zouden stencilen
en verder
  1. ben gestencild
  2. bent gestencild
  3. is gestencild
  4. zijn gestencild
  5. zijn gestencild
  6. zijn gestencild
diversen
  1. stencil!
  2. stencilt!
  3. gestencild
  4. stencilend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for stencilen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
kopieren kopiëren; stencilen fotokopiëren; imiteren; kopie maken; kopiëren; nabootsen; nadoen; namaken; navolgen; overschrijven; reproduceren
schablonieren stencilen
vervielfältigen kopiëren; stencilen dupliceren; falsificeren; kopie maken; kopie trekken; kopiëren; multipliceren; nabootsen; namaken; reproduceren; verdubbelen; vermenigvuldigen; vervalsen; verveelvoudigen

Related Words for "stencilen":


Wiktionary Translations for stencilen:


Cross Translation:
FromToVia
stencilen vervielfältigen; abziehen; hektographieren ronéotyperreproduire à la ronéo sur du papier un texte ou un dessin fait au stencil.