Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. kabel:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kabelen from Dutch to English

kabelen form of kabel:

kabel [de ~ (m)] noun

  1. de kabel (kabelleiding; leiding; geleiding)
    the cable; the wire
  2. de kabel (scheepskabel; kabeltouw)
    the hawser; the cable; the rope; the chain; the wire

Translation Matrix for kabel:

NounRelated TranslationsOther Translations
cable geleiding; kabel; kabelleiding; kabeltouw; leiding; scheepskabel beheer; bestuur; directie; elektrische geleiding; geleiding; leiding; telegram
chain kabel; kabeltouw; scheepskabel aaneengeschakelde ringen om iemand mee vast te binden; aaneenschakeling; boei; cyclus; grootwinkelbedrijf; halsketting; halssnoer; keten; ketting; kettinkje; kluister; reeks; rij; samentrekking; samenvoeging; scheepstouw; serie; snoer; winkelketen
hawser kabel; kabeltouw; scheepskabel scheepstouw
rope kabel; kabeltouw; scheepskabel boogstreng; scheepstouw; touw; touwtje
wire geleiding; kabel; kabelleiding; kabeltouw; leiding; scheepskabel beheer; bestuur; directie; draad; elektrische geleiding; geleiding; ijzerdraad; leiding; telegram; tot draad getrokken ijzer
VerbRelated TranslationsOther Translations
cable bekabelen; telegraferen
chain binden; boeien; ketenen; kluisteren; vastketenen; vastkluisteren; vastleggen
wire telegraferen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
rope touwen

Related Words for "kabel":

  • kabelen, kabels, kabeltje, kabeltjes

Wiktionary Translations for kabel:

kabel
noun
  1. wires surrounded by a coating, used to supply electricity
  2. communications system with coaxial or fiber optic
  3. heavy rope or chain as used for mooring
  4. assembly of wires for electricity
  5. large wire, rope

Cross Translation:
FromToVia
kabel cable Kabel — Leitung zum Transport elektrischen Stroms beziehungsweise elektronischer Nachrichten
kabel cable câble — arts|fr gros cordage formé de l’assemblage de plusieurs torons de chanvre, d’aloès, d’acier, etc.


Wiktionary Translations for kabelen:

kabelen
verb
  1. communicate by cable(s)
  2. fasten (as if) with cable(s)