Summary
Dutch to English: more detail...
- vooruitstekend:
- vooruitsteken:
-
Wiktionary:
- vooruitstekend → remarkable, notable, noteworthy, striking, salient, eminent, distinguished, prominent
Dutch
Detailed Translations for vooruitstekend from Dutch to English
vooruitstekend:
-
vooruitstekend (vooruitspringend; uitspringend; naar voren staand)
Translation Matrix for vooruitstekend:
Noun | Related Translations | Other Translations |
prominent | belangrijkste; belangrijkste punt; hoofdpunt; hoofdzaak; voornaamste | |
protruding | uitsteken | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
prominent | naar voren staand; uitspringend; vooruitspringend; vooruitstekend | aanzienlijk; befaamd; deftig; eruitspringend; fier; geacht; gedistingeerd; hooggeplaatst; hooggezeten; indrukwekkend; invloedrijk; majestueus; nobel; opvallend; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; prominent; statig; trots; uitsteken; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam; vorstelijk |
protruding | naar voren staand; uitspringend; vooruitspringend; vooruitstekend | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
sticking-out | naar voren staand; uitspringend; vooruitspringend; vooruitstekend |
Wiktionary Translations for vooruitstekend:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vooruitstekend | → remarkable; notable; noteworthy; striking | ↔ remarquable — Qui mériter d’être remarqué ; qui attirer l’attention. |
• vooruitstekend | → salient; noteworthy; remarkable; notable | ↔ saillant — Qui avancer, qui sortir en dehors. |
• vooruitstekend | → eminent; distinguished; prominent | ↔ éminent — soutenu|fr Qui s’élever au-dessus du niveau général, parler d’un terrain. |
vooruitsteken:
-
vooruitsteken (vooruitspringen)
Conjugations for vooruitsteken:
o.t.t.
- steek vooruit
- steekt vooruit
- steekt vooruit
- steken vooruit
- steken vooruit
- steken vooruit
o.v.t.
- stak vooruit
- stak vooruit
- stak vooruit
- staken vooruit
- staken vooruit
- staken vooruit
v.t.t.
- heb vooruitgestoken
- hebt vooruitgestoken
- heeft vooruitgestoken
- hebben vooruitgestoken
- hebben vooruitgestoken
- hebben vooruitgestoken
v.v.t.
- had vooruitgestoken
- had vooruitgestoken
- had vooruitgestoken
- hadden vooruitgestoken
- hadden vooruitgestoken
- hadden vooruitgestoken
o.t.t.t.
- zal vooruitsteken
- zult vooruitsteken
- zal vooruitsteken
- zullen vooruitsteken
- zullen vooruitsteken
- zullen vooruitsteken
o.v.t.t.
- zou vooruitsteken
- zou vooruitsteken
- zou vooruitsteken
- zouden vooruitsteken
- zouden vooruitsteken
- zouden vooruitsteken
diversen
- steek vooruit!
- steekt vooruit!
- vooruitgestoken
- vooruitstekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for vooruitsteken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
jut out | vooruitspringen; vooruitsteken | afsteken; eruit springen; in het oog lopen; opvallen; uitspringen; uitsteken |