Summary
Dutch
Detailed Translations for op slot doen from Dutch to English
op slot doen:
-
op slot doen (vergrendelen; locken; afsluiten; sluiten; afgrendelen; op slot zetten; grendelen; borgen; dichtdoen; dichtmaken)
Conjugations for op slot doen:
o.t.t.
- doe op slot
- doet op slot
- doet op slot
- doen op slot
- doen op slot
- doen op slot
o.v.t.
- deed op slot
- deed op slot
- deed op slot
- deden op slot
- deden op slot
- deden op slot
v.t.t.
- heb op slot gedaan
- hebt op slot gedaan
- heeft op slot gedaan
- hebben op slot gedaan
- hebben op slot gedaan
- hebben op slot gedaan
v.v.t.
- had op slot gedaan
- had op slot gedaan
- had op slot gedaan
- hadden op slot gedaan
- hadden op slot gedaan
- hadden op slot gedaan
o.t.t.t.
- zal op slot doen
- zult op slot doen
- zal op slot doen
- zullen op slot doen
- zullen op slot doen
- zullen op slot doen
o.v.t.t.
- zou op slot doen
- zou op slot doen
- zou op slot doen
- zouden op slot doen
- zouden op slot doen
- zouden op slot doen
diversen
- doe op slot!
- doet op slot!
- op slot gedaan
- op slot doend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for op slot doen:
| Noun | Related Translations | Other Translations |
| lock | deurslot; geheel van sluizen; haarkuif; klamp; koeklauw; krul; krullende haarlok; krulletje; kuif; sas; schutsluisje; slot; sluis; sluiswerk; sluiswerken; verlaat | |
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| lock | afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtdoen; dichtmaken; grendelen; locken; op slot doen; op slot zetten; sluiten; vergrendelen | aandraaien; afsluiten; dichtdoen; door draaien vastmaken; schutten; vergrendelen |