Summary
Dutch to English: more detail...
-
tegenkomen:
- find; come across; discover; meet; learn
-
Wiktionary:
- tegenkomen → meet, come across, run into, come on
- tegenkomen → meet, come across, encounter, sink, strike, tap
Dutch
Detailed Translations for tegenkomen from Dutch to English
tegenkomen:
-
tegenkomen (aantreffen; vinden)
-
tegenkomen (ontmoeten; treffen)
Conjugations for tegenkomen:
o.t.t.
- kom tegen
- komt tegen
- komt tegen
- komen tegen
- komen tegen
- komen tegen
o.v.t.
- kwam tegen
- kwam tegen
- kwam tegen
- kwamen tegen
- kwamen tegen
- kwamen tegen
v.t.t.
- ben tegengekomen
- bent tegengekomen
- is tegengekomen
- zijn tegengekomen
- zijn tegengekomen
- zijn tegengekomen
v.v.t.
- was tegengekomen
- was tegengekomen
- was tegengekomen
- waren tegengekomen
- waren tegengekomen
- waren tegengekomen
o.t.t.t.
- zal tegenkomen
- zult tegenkomen
- zal tegenkomen
- zullen tegenkomen
- zullen tegenkomen
- zullen tegenkomen
o.v.t.t.
- zou tegenkomen
- zou tegenkomen
- zou tegenkomen
- zouden tegenkomen
- zouden tegenkomen
- zouden tegenkomen
diversen
- kom tegen!
- komt tegen!
- tegengekomen
- tegenkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for tegenkomen:
Wiktionary Translations for tegenkomen:
tegenkomen
Cross Translation:
verb
tegenkomen
-
bij toeval ontmoeten
- tegenkomen → meet; come across; run into
verb
-
to meet
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• tegenkomen | → meet; come across; encounter; sink; strike; tap | ↔ rencontrer — trouver en chemin une personne ou une chose. |