Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. aanschouwelijk maken:


Dutch

Detailed Translations for aanschouwelijk maken from Dutch to English

aanschouwelijk maken:

aanschouwelijk maken verb (maak aanschouwelijk, maakt aanschouwelijk, maakte aanschouwelijk, maakten aanschouwelijk, aanschouwelijk gemaakt)

  1. aanschouwelijk maken (demonstreren; veraanschouwelijken)
    to demonstrate; to expose; to illustrate; make your point; show what you mean

Conjugations for aanschouwelijk maken:

o.t.t.
  1. maak aanschouwelijk
  2. maakt aanschouwelijk
  3. maakt aanschouwelijk
  4. maken aanschouwelijk
  5. maken aanschouwelijk
  6. maken aanschouwelijk
o.v.t.
  1. maakte aanschouwelijk
  2. maakte aanschouwelijk
  3. maakte aanschouwelijk
  4. maakten aanschouwelijk
  5. maakten aanschouwelijk
  6. maakten aanschouwelijk
v.t.t.
  1. heb aanschouwelijk gemaakt
  2. hebt aanschouwelijk gemaakt
  3. heeft aanschouwelijk gemaakt
  4. hebben aanschouwelijk gemaakt
  5. hebben aanschouwelijk gemaakt
  6. hebben aanschouwelijk gemaakt
v.v.t.
  1. had aanschouwelijk gemaakt
  2. had aanschouwelijk gemaakt
  3. had aanschouwelijk gemaakt
  4. hadden aanschouwelijk gemaakt
  5. hadden aanschouwelijk gemaakt
  6. hadden aanschouwelijk gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal aanschouwelijk maken
  2. zult aanschouwelijk maken
  3. zal aanschouwelijk maken
  4. zullen aanschouwelijk maken
  5. zullen aanschouwelijk maken
  6. zullen aanschouwelijk maken
o.v.t.t.
  1. zou aanschouwelijk maken
  2. zou aanschouwelijk maken
  3. zou aanschouwelijk maken
  4. zouden aanschouwelijk maken
  5. zouden aanschouwelijk maken
  6. zouden aanschouwelijk maken
diversen
  1. maak aanschouwelijk!
  2. maakt aanschouwelijk!
  3. aanschouwelijk gemaakt
  4. aanschouwelijk makende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aanschouwelijk maken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
demonstrate aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken aantonen; betogen; bewijzen; demonstreren; openbaren; staven; zich uiten
expose aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken beschikbaar maken; bloot stellen aan; blootleggen; graven; onthullen; ontluiken; ontmaskeren; opbloeien; opdelven; opgraven; scheppen; zich ontsluiten
illustrate aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken accentueren; belichten; illustreren; ophelderen; opklaren; toelichten; verduidelijken; verhelderen; verklaren
make your point aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken
show what you mean aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken

Related Translations for aanschouwelijk maken