Summary
Dutch to English: more detail...
- afgeleid:
- afleiden:
- Wiktionary:
-
User Contributed Translations for afgeleid:
- inferred
Dutch
Detailed Translations for afgeleid from Dutch to English
afgeleid:
-
afgeleid (stammend van)
Translation Matrix for afgeleid:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
derived | afgeleid; stammend van | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
stemming from | afgeleid; stammend van |
afgeleid form of afleiden:
-
afleiden (deduceren)
Conjugations for afleiden:
o.t.t.
- leid af
- leidt af
- leidt af
- leiden af
- leiden af
- leiden af
o.v.t.
- leidde af
- leidde af
- leidde af
- leidden af
- leidden af
- leidden af
v.t.t.
- heb afgeleid
- hebt afgeleid
- heeft afgeleid
- hebben afgeleid
- hebben afgeleid
- hebben afgeleid
v.v.t.
- had afgeleid
- had afgeleid
- had afgeleid
- hadden afgeleid
- hadden afgeleid
- hadden afgeleid
o.t.t.t.
- zal afleiden
- zult afleiden
- zal afleiden
- zullen afleiden
- zullen afleiden
- zullen afleiden
o.v.t.t.
- zou afleiden
- zou afleiden
- zou afleiden
- zouden afleiden
- zouden afleiden
- zouden afleiden
diversen
- leid af!
- leidt af!
- afgeleid
- afleidende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for afleiden:
Noun | Related Translations | Other Translations |
deduct | afname; daling; teruggang; terugloop; vermindering | |
deduction | afleiden; deduceren | aftrek; aftrekking; deductie; korting; prijsverlaging; reductie; vermindering |
Verb | Related Translations | Other Translations |
conclude | afleiden; deduceren | afsluiten; beëindigen; concluderen; een einde maken aan; een gevolgtrekking maken; eindigen; iets afleiden uit; naar einde toewerken; ophouden; opmaken uit; stoppen |
deduce | afleiden; deduceren | concluderen; iets afleiden uit |
deduct | afleiden; deduceren | afhouden; aftrekken; in mindering brengen; inhouden; verrekenen |
- | opmaken |
Synonyms for "afleiden":
Related Definitions for "afleiden":
Wiktionary Translations for afleiden:
afleiden
Cross Translation:
verb
afleiden
-
de aandacht opvragen
- afleiden → distract
verb
-
to form an opinion, infer
-
To use logic to arrive at truth.
-
math: to calculate the derivative
-
create (a compound) from another by means of a reaction
-
find the derivation of (a word or phrase)
-
deduce (a conclusion) by reasoning
-
obtain (something) from something else
-
to draw off
-
to change or alter in a particular direction
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• afleiden | → differentiate | ↔ differenzieren — Mathematik: die Ableitung einer Funktion bilden |
• afleiden | → conclude; abstract; gather; induce; infer; find | ↔ conclure — Traductions à trier suivant le sens |
• afleiden | → distract; entertain; amuse; divert; take away; remove; abstract | ↔ distraire — détourner de quelque application. |
• afleiden | → deduct; deduce; gather; abstract | ↔ déduire — soustraire d’une somme à payer telle ou telle fraction qui n’est pas à verser. |
• afleiden | → derive | ↔ dériver — Tirer son origine de quelque part |
• afleiden | → derive | ↔ dériver — Être issu par dérivation propre ou impropre |