Dutch
Detailed Translations for afregelen from Dutch to English
afregelen:
Translation Matrix for afregelen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
adjusting | afregelen; ijken; instellen | afstelling; afstemmen; afstemming |
calibration | afregelen; ijken; instellen | ijk; ijking; kalibrering; maatverdeling; schaalverdeling |
gauging | afregelen; ijken; instellen | ijk; ijking; omtrent een idee; peiling |