Dutch
Detailed Translations for afscherming from Dutch to English
afscherming:
-
de afscherming (afrastering; begrenzing)
Translation Matrix for afscherming:
Noun | Related Translations | Other Translations |
fencing | afrastering; afscherming; begrenzing | afscheiding; fraude; hek; hekwerk; malversatie; onregelmatigheden; ontvreemding; rasterwerk; schutting; verdonkeremaning; verduisteren; verduistering; zwendel |
railings | afrastering; afscherming; begrenzing | traliedeur; traliehek |