Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. bewijsje:


Dutch

Detailed Translations for bewijsje from Dutch to English

bewijsje:

bewijsje [het ~] noun

  1. het bewijsje (voucher)
    the voucher; the receipt

Translation Matrix for bewijsje:

NounRelated TranslationsOther Translations
receipt bewijsje; voucher beweringsgrond; bewijs; bewijs van ontvangst; kassabon; kwitantie; ontvangst; ontvangstbewijs; recette; reçu
voucher bewijsje; voucher boekstuk; bon; coupon; reçu; stortingsbewijs; stortingsbiljet
VerbRelated TranslationsOther Translations
receipt rekening betalen; voldoen