Noun | Related Translations | Other Translations |
fair
|
|
kermis; kermisterrein
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
moderate
|
|
bedaren; bedwingen; beheersen; bemakkelijken; besparen; beteugelen; dempen; geld besparen; intomen; matigen; met mate gebruiken; minder gebruiken; simplificeren; temperen; vereenvoudigen; vergemakkelijken; versoberen; zich matigen
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
justified
|
billijk; gerechtvaardigd; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig
|
gegrond; geldig; valide
|
lawful
|
billijk; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig
|
aannemelijk; geldig; gewettigd; legaal; legitiem; rechtsgeldig; valabel; valide; wettelijk; wettig
|
legitimate
|
billijk; gerechtvaardigd; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig
|
aannemelijk; degelijk; gefundeerd; gegrond; geldig; gerechtvaardigd; gewettigd; legaal; legitiem; logisch; op deugdelijke gronden steunend; op goede gronden steunend; rechtsgeldig; solide; steekhoudend; valabel; valide; wettelijk; wettig
|
moderate
|
billijk; geschikt; redelijk; schappelijk
|
gematigd; getemperd; middelmatige; moderaat
|
reasonable
|
billijk; geschikt; redelijk; schappelijk
|
aannemelijk; acceptabel; degelijk; gefundeerd; gegrond; geloofwaardig; hebbelijk; logisch; op goede gronden steunend; passende; plausibel; solide; steekhoudend; waarschijnlijk
|
rightful
|
billijk; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig
|
gewettigd; legaal; legitiem; rechtsgeldig; wettelijk; wettig
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
fair
|
billijk; geschikt; redelijk; schappelijk
|
behoorlijke; betrekkelijk; blond; deugdzaam; eerlijk; eerzaam; fair; fideel; goudblond; onbewimpeld; onomwonden; onverholen; open; openhartig; oprecht; rechtschapen; redelijke; relatief; rondborstig; ronduit; tamelijke; trouwhartig; vrij; vrijelijk; vrijuit; zedig
|
warranted
|
billijk; gerechtvaardigd; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig
|
gegrond; geldig; valide
|