Dutch
Detailed Translations for coifferen from Dutch to English
coifferen:
Translation Matrix for coifferen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
cut | bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; coupure; inkeping; inkerving; inkrimping; insnijding; jaap; keep; kerf; korting; kostenbesparing; ontering; prijsverlaging; prijsvermindering; reductie; snede; snee; sneetje; snijwond; snijwondje; snit; snoeiing; verkorting; verlaging | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
cut | coifferen; kappen; knippen | aankaarten; aansnijden; aanvoeren; afsnijden; doorhakken; doorhouwen; doorklieven; doorknippen; doormidden hakken; een knippend geluid maken; entameren; houtsnijden; in hout schrijven; in tweeën houwen; kerven; klieven; kloven; knippen; kort knippen; kort maken; korten; op tafel leggen; opperen; opwerpen; prikken; snerpen; snijden; snijwerk maken; steken; steken geven; te berde brengen; ter sprake brengen |
style someone's hair | coifferen; kappen; knippen | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
cut | gekuist; gesneden; zedig gemaakt |