Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. feeling:


Dutch

Detailed Translations for feeling from Dutch to English

feeling:

feeling [znw.] noun

  1. feeling (gevoel; aanvoelen)
    the feeling; the knack

Translation Matrix for feeling:

NounRelated TranslationsOther Translations
feeling aanvoelen; feeling; gevoel aftasten; afvoelen; emotie; gemoedsbeweging; gevoel; gewaarwording; ontroering; sensatie; sentiment; tasten; vertedering; voelen
knack aanvoelen; feeling; gevoel behendigheid; bekwaamheid; foefje; handigheid; kneep; kneepje; kunst; kunstgreep; kunstje; maniertje; truc; vaardigheid