Dutch
Detailed Translations for florissant from Dutch to English
florissant:
Translation Matrix for florissant:
Noun | Related Translations | Other Translations |
blooming | bloei; bloeiperiode; opbloei; tot bloei komen | |
booming | daveren; denderen; dreunen | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
blooming | fleurig; florissant | bloeiend; fleurig; kleurig |
booming | bloeiend; florissant | daverend; donderend |
flourishing | bloeiend; fleurig; florissant | blakend; florerend; gezond; opbloeiend; toenemend in bloei; welgesteld; welvarend; zonder ziekte |
healthy | fleurig; florissant | blakend; blakend van gezondheid; fit; florerend; getraind; gezond; gezondheids; gezondheidsbevorderend; welgesteld; welvarend; zonder ziekte |
prospering | fleurig; florissant | |
prosperous | bloeiend; florissant | blakend; florerend; gelukkig; geslaagd; gezond; in goeden doen; succesvol; voorspoedig; voorspoedig verlopend; welgesteld; welvarend; zonder ziekte |