Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. lastgeving:


Dutch

Detailed Translations for lastgeving from Dutch to English

lastgeving:

lastgeving [de ~ (v)] noun

  1. de lastgeving (mandaat)
    the mandate; the authority
  2. de lastgeving (geven van volmacht; volmacht; lastbrief)
    the mandate; the authority; the instructions
  3. de lastgeving (opdracht; consigne; mandaat)
    the instruction; the orders

Translation Matrix for lastgeving:

NounRelated TranslationsOther Translations
authority geven van volmacht; lastbrief; lastgeving; mandaat; volmacht autorisatie; autoriteit; bevoegd zijn; bevoegdheid; deskundige; expert; fiat; gezag; gezaghebber; gezagsdrager; gezagsorgaan; heerschappij; instantie; kracht; licentie; macht; machtiging; mandaat; procuratie; specialist; toestemming; vakkundige; vergunning; vermogen; volmacht
instruction consigne; lastgeving; mandaat; opdracht aanwijzing; bevelschrift; briefing; consigne; cursus; dwangbevel; handleiding; instructie; lastbrief; lering; les; mandaat; onderricht; onderrichting; onderwijs; opdracht; order; taak; uitleg; voorschrift
instructions geven van volmacht; lastbrief; lastgeving; volmacht aanwijzingen; bijsluiter; gebruiksaanwijzing; gebruiksaanwijzingen; handboek; handleidingen; indicaties; instructies; leidraad; regelgeving; regularisatie
mandate geven van volmacht; lastbrief; lastgeving; mandaat; volmacht autorisatie; bevelschrift; fiat; lastbrief; licentie; machtiging; mandaat; procuratie; toestemming; vergunning; volmacht
orders consigne; lastgeving; mandaat; opdracht bestellingen; commissies; dienstorders

Related Words for "lastgeving":

  • lastgevingen