Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. onhandelbaar:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onhandelbaar from Dutch to English

onhandelbaar:

onhandelbaar adj

  1. onhandelbaar (onhanteerbaar)
  2. onhandelbaar (tegendraads)
  3. onhandelbaar (moeilijk te hanteren)

Translation Matrix for onhandelbaar:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
unmanageable moeilijk te hanteren; onhandelbaar; onhanteerbaar bandeloos; losbandig; onbedaarlijk; onbedwingbaar; onbestuurbaar; ongebonden; ongebreideld; onstuimig; uitzinnig; vrij
unruly onhandelbaar; tegendraads bandeloos; losbandig; ongebonden; ongebreideld; vrij; vrijgevochten
unwieldy onhandelbaar; onhanteerbaar

Related Words for "onhandelbaar":

  • onhandelbaarheid, onhandelbare

Wiktionary Translations for onhandelbaar:

onhandelbaar
adjective
  1. not tractable or to be drawn or guided by persuasion
  2. persons