Noun | Related Translations | Other Translations |
drain
|
sas; schutsluisje; sluis; verlaat
|
afdruipen; afdruppelen; afvoer; afvoerbuis; afvoerkanaal; afwateringsbuis; afwateringskanaal; boezem; doorlaat; regenpijp; riolering; riool; spui; uitdruipen; uitdruppelen
|
lock
|
sas; schutsluisje; sluis; verlaat
|
deurslot; geheel van sluizen; haarkuif; klamp; koeklauw; krul; krullende haarlok; krulletje; kuif; slot; sluiswerk; sluiswerken
|
lock chamber
|
sas; schutsluisje; sluis; verlaat
|
|
scupper
|
sas; schutsluisje; sluis; verlaat
|
spuigat
|
sluice
|
sas; schutsluisje; sluis; verlaat
|
inlaatsluis; sluiswerk
|
small lock
|
sas; schutsluisje; sluis; verlaat
|
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
drain
|
|
afdruipen; afdruppelen; afscheiden; afvoeren; afwateren; droogleggen; indijken; inpolderen; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegzuigen; lozen; ontwateren; spuien; uitdruipen; uitdruppelen; uithalen; uitlekken; uitscheiden; uitstoten; uitwateren; uitwerpen; uitzuigen; water afvoeren; water lozen
|
lock
|
|
aandraaien; afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtdoen; dichtmaken; door draaien vastmaken; grendelen; locken; op slot doen; op slot zetten; schutten; sluiten; vergrendelen
|
scupper
|
|
belagen
|