Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- onafhankelijk:
-
Wiktionary:
- onafhankelijk → independiente
- onafhankelijk → independiente, independientemente
Dutch
Detailed Translations for onafhankelijk from Dutch to Spanish
onafhankelijk:
-
onafhankelijk
Translation Matrix for onafhankelijk:
Noun | Related Translations | Other Translations |
independiente | zelfstandige | |
solo | alleenzang; solo; solodeel; solopartij; solospel; solozang | |
soltero | alleenstaande; vrijgezel | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
independiente | onafhankelijk | afgezonderd; afzonderlijk; alleenstaand; apart; desolaat; eenzaam; gescheiden; geïsoleerd; losstaand; op zich; op zichzelf; op zichzelf levend; op zichzelf staand; separaat; soeverein; verlaten; vrijstaand; zelfstandig |
solo | onafhankelijk | afzonderlijk; alleenstaand; apart; een; eentje; enkel; enkelvoudig; gescheiden; losstaand; op zich; op zichzelf; op zichzelf staand; separaat; single; vereenzaamd; vrijstaand |
soltero | onafhankelijk | afzonderlijk; alleenstaand; apart; gescheiden; losstaand; ongebonden; ongehuwd; ongetrouwd; op zich; op zichzelf; op zichzelf staand; separaat; vrijgezel; vrijstaand |
Related Words for "onafhankelijk":
Antonyms for "onafhankelijk":
Related Definitions for "onafhankelijk":
Wiktionary Translations for onafhankelijk:
onafhankelijk
Cross Translation:
adjective
-
geen verbinding hebbend met
- onafhankelijk → independiente
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• onafhankelijk | → independiente | ↔ independent — not dependent; not contingent or depending on something else; free |
• onafhankelijk | → independientemente | ↔ independently — in an independent manner |
• onafhankelijk | → independiente | ↔ indépendant — Qui ne dépendre pas de telle personne ou de telle chose, qui ne lui est pas subordonner. |