Noun | Related Translations | Other Translations |
combinación
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aaneensluiting; aansluiting; band; combinatie; connectie; join; kleurenschema; koppeling; liaison; link; onderjurk; relatie; samenhang; samenstelling; samenvoegen; schema; verband; verbinding
|
compuesto
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aansluiting; band; connectie; liaison; link; relatie; samenhang; verband; verbinding
|
comunicación
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aaneensluiting; aangifte; aankondiging; aansluiting; band; bekendmaking; bereikbaarheid; bericht; bevestiging; bewering; boodschap; communicatie; connectie; contact; convocatie; declaratie; gewag; het uitspreken; informatie; kennisgeving; koppeling; liaison; link; mededeling; melding; openbare publicatie; opgave; opheldering; publicatie; publikatie; relaas; relatie; ruchtbaarheid; samenhang; statement; tijding; toelichting; uitgave; uitgifte; uiting; uitlegging; uitspraak; verband; verbinding; verklaring; vermelding; verwittiging
|
empalme
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aaneensluiting; aanhechting; aanvoeging; aftakking; alliantie; bastaard; bond; bondgenootschap; driesprong; hybride; knooppunt; koppeling; kruispunt; kruisverbinding; splitsing; spruitstuk; verbinding; verbond; verkeersknooppunt; vertakking; wegsplitsing
|
enlace
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aaneensluiting; aaneenvoeging; aansluiting; affaire; akkoord; alliantie; band; binding; bond; bondgenootschap; broederschap; connectie; contact; draai; federatie; gebondenheid; gegevensbinding; genootschap; het gebonden zijn; kink; knoop; koppeling; kronkel; liaison; liefdesrelatie; liga; link; lus; lusvormige kromming; onderling verband; pact; relatie; samenhang; samenvoeging; schakel; sociëteit; soos; unie; verband; verbinding; verbond; verdrag; vereniging; verhouding
|
ensamblaje
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aaneensluiting; aanvoeging; assemblage; assembleren; bijeenlegging; bond; broederschap; genootschap; koppeling; las; montage; samenstelling; samenvoeging; sociëteit; tussenstuk; tussenvoegsel; tussenzetsel; verbinding; vereniging
|
juntura
|
aaneenkoppeling; koppeling; verbinding
|
aanhechting; aanvoeging; afdeling; bijeenlegging; bond; broederschap; departement; detachement; genootschap; gewricht; naad; samenvoeging; sectie; sociëteit; tak; verbinding van beenderen; verbindingsstuk; vereniging; voeg
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
compuesto
|
|
gewikkeld in; ingewikkeld; samengesteld
|