Dutch
Detailed Translations for door elkaar halen from Dutch to Spanish
door elkaar halen:
door elkaar halen verb (haal door elkaar, haalt door elkaar, haalde door elkaar, haalden door elkaar, door elkaar gehaald)
-
door elkaar halen (in de war maken)
confundir; desquiciar; alterar; desordenar-
confundir verb
-
desquiciar verb
-
alterar verb
-
desordenar verb
-
Conjugations for door elkaar halen:
o.t.t.
- haal door elkaar
- haalt door elkaar
- haalt door elkaar
- halen door elkaar
- halen door elkaar
- halen door elkaar
o.v.t.
- haalde door elkaar
- haalde door elkaar
- haalde door elkaar
- haalden door elkaar
- haalden door elkaar
- haalden door elkaar
v.t.t.
- heb door elkaar gehaald
- hebt door elkaar gehaald
- heeft door elkaar gehaald
- hebben door elkaar gehaald
- hebben door elkaar gehaald
- hebben door elkaar gehaald
v.v.t.
- had door elkaar gehaald
- had door elkaar gehaald
- had door elkaar gehaald
- hadden door elkaar gehaald
- hadden door elkaar gehaald
- hadden door elkaar gehaald
o.t.t.t.
- zal door elkaar halen
- zult door elkaar halen
- zal door elkaar halen
- zullen door elkaar halen
- zullen door elkaar halen
- zullen door elkaar halen
o.v.t.t.
- zou door elkaar halen
- zou door elkaar halen
- zou door elkaar halen
- zouden door elkaar halen
- zouden door elkaar halen
- zouden door elkaar halen
diversen
- haal door elkaar!
- haalt door elkaar!
- door elkaar gehaald
- door elkaar halend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for door elkaar halen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
alterar | door elkaar halen; in de war maken | aanroeren; aanstippen; afwisselen; amenderen; even aanraken; herzien; modificeren; omwerken; ontregelen; overhoophalen; toucheren; veranderen; verstoren; vertoornen; verwisselen; wijzigen |
confundir | door elkaar halen; in de war maken | in de war brengen; met elkaar verwarren; ontredderen; troebel maken; van zijn stuk brengen; vertroebelen; verwarren; verwisselen |
desordenar | door elkaar halen; in de war maken | aanroeren; aanstippen; dooreengooien; dooreenwerpen; even aanraken; ontregelen; overhoop halen; overhoophalen; slordig maken |
desquiciar | door elkaar halen; in de war maken | disloqueren; ontwrichten; uit het lid brengen |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
alterar | onrechtmatig wijzigen |