Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- een gevolgtrekking maken:
-
Wiktionary:
- een gevolgtrekking maken → concluir, sacar conclusión, ultimar
Dutch
Detailed Translations for een gevolgtrekking maken from Dutch to Spanish
een gevolgtrekking maken:
een gevolgtrekking maken verb (maak een gevolgtrekking, maakt een gevolgtrekking, maakte een gevolgtrekking, maakten een gevolgtrekking, een gevolgtrekking gemaakt)
-
een gevolgtrekking maken (concluderen; opmaken uit)
concluir; sacar conclusiones de; deducir; sacar en conclusión; inducir de; cortar; concertar; desconectar-
concluir verb
-
deducir verb
-
sacar en conclusión verb
-
inducir de verb
-
cortar verb
-
concertar verb
-
desconectar verb
-
Conjugations for een gevolgtrekking maken:
o.t.t.
- maak een gevolgtrekking
- maakt een gevolgtrekking
- maakt een gevolgtrekking
- maken een gevolgtrekking
- maken een gevolgtrekking
- maken een gevolgtrekking
o.v.t.
- maakte een gevolgtrekking
- maakte een gevolgtrekking
- maakte een gevolgtrekking
- maakten een gevolgtrekking
- maakten een gevolgtrekking
- maakten een gevolgtrekking
v.t.t.
- heb een gevolgtrekking gemaakt
- hebt een gevolgtrekking gemaakt
- heeft een gevolgtrekking gemaakt
- hebben een gevolgtrekking gemaakt
- hebben een gevolgtrekking gemaakt
- hebben een gevolgtrekking gemaakt
v.v.t.
- had een gevolgtrekking gemaakt
- had een gevolgtrekking gemaakt
- had een gevolgtrekking gemaakt
- hadden een gevolgtrekking gemaakt
- hadden een gevolgtrekking gemaakt
- hadden een gevolgtrekking gemaakt
o.t.t.t.
- zal een gevolgtrekking maken
- zult een gevolgtrekking maken
- zal een gevolgtrekking maken
- zullen een gevolgtrekking maken
- zullen een gevolgtrekking maken
- zullen een gevolgtrekking maken
o.v.t.t.
- zou een gevolgtrekking maken
- zou een gevolgtrekking maken
- zou een gevolgtrekking maken
- zouden een gevolgtrekking maken
- zouden een gevolgtrekking maken
- zouden een gevolgtrekking maken
diversen
- maak een gevolgtrekking!
- maakt een gevolgtrekking!
- een gevolgtrekking gemaakt
- een gevolgtrekking makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for een gevolgtrekking maken:
Wiktionary Translations for een gevolgtrekking maken:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• een gevolgtrekking maken | → concluir; sacar conclusión; ultimar | ↔ conclure — Traductions à trier suivant le sens |