Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. rabauwen:
  2. rabauw:


Dutch

Detailed Translations for rabauwen from Dutch to Spanish

rabauwen:

rabauwen [de ~] noun, plural

  1. de rabauwen (schurken; boeven)
    el bribones; el granujas; el canallas

Translation Matrix for rabauwen:

NounRelated TranslationsOther Translations
bribones boeven; rabauwen; schurken boefjes; deugnieten; gladakkers; guiten; schavuiten
canallas boeven; rabauwen; schurken gemeneriken; horken; hufters; ploerten; ratten; slechteriken
granujas boeven; rabauwen; schurken

Related Words for "rabauwen":


rabauw: