Dutch
Detailed Translations for schepping from Dutch to Spanish
schepping:
Translation Matrix for schepping:
Noun | Related Translations | Other Translations |
confección | creatie; maaksel; schepping | aanmaak; confectie; confectie-industrie; confectiekleding; constructie; fabricage; fabricatie; geweven stof; maak; maken; merk; productie; vervaardiging; weefsel |
elaboración | creatie; maaksel; schepping | aanmaak; aanmaken; bewerking; constructie; creëren; educatie; fabricage; fabricatie; fabriceren; herdruk; maak; maken; merk; onderwerp; onderwijs; produceren; productie; scheppen; scholing; subject; thema; thema van een boek; vervaardigen; vervaardiging; verwerking; werken; werking |
fabricación | creatie; maaksel; schepping | aanmaak; aanmaken; constructie; creëren; fabricage; fabricatie; fabriceren; kunstwerk; maak; makelij; maken; meesterwerk; merk; produceren; productie; scheppen; vervaardigen; vervaardiging; werk |
hechura | creatie; maaksel; schepping | fabrikaat; maak; maaksel; makelij; merk; product |