Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. tijdsbestek:


Dutch

Detailed Translations for tijdsbestek from Dutch to Spanish

tijdsbestek:

tijdsbestek [het ~] noun

  1. het tijdsbestek (periode; termijn; tijdsduur)
    el período

Translation Matrix for tijdsbestek:

NounRelated TranslationsOther Translations
período periode; termijn; tijdsbestek; tijdsduur epoch; epoche; era; etappe; fase; interim; menstruatie; ongesteldheid; ontwikkelingsfase; parcoursetappe; periode; poosje; stadium; tijd; tijdperk; tijdruimte; tijdsbestek van een uur; tijdsgewricht; tijdsruimte; tijdsverloop; tijdvak; tussenpoos; tussentijd; uur

Related Translations for tijdsbestek