Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- verschillend:
- verschillen:
-
Wiktionary:
- verschillend → diferente, distinto, diverso
- verschillend → diferente, distinto, divergente
- verschillen → distinguirse, diferir, aplazar
Dutch
Detailed Translations for verschillend from Dutch to Spanish
verschillend:
-
verschillend (anders; afwijkend; anderszins)
-
verschillend (divers; uiteenlopend; onderscheiden; ongelijksoortig)
Translation Matrix for verschillend:
Adjective | Related Translations | Other Translations |
- | anders; ongelijk | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
diferente | afwijkend; anders; anderszins; divers; onderscheiden; ongelijksoortig; uiteenlopend; verschillend | afzonderlijk; alleenstaand; apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; gescheiden; losstaand; merkwaardig; ongewoon; op zich; op zichzelf staand; separaat; typisch; uiteenlopende; vreemd; vrijstaand; zonderling |
múltiple | divers; onderscheiden; ongelijksoortig; uiteenlopend; verschillend | uiteenlopende |
vario | divers; onderscheiden; ongelijksoortig; uiteenlopend; verschillend | uiteenlopende |
varios | divers; onderscheiden; ongelijksoortig; uiteenlopend; verschillend | ettelijk; ettelijke; gevariëerde; meerdere; menige; menigerlei; uiteenlopende; veelvoudig; velerlei; verscheiden; verscheidene; verschillende |
Synonyms for "verschillend":
Antonyms for "verschillend":
Related Definitions for "verschillend":
Wiktionary Translations for verschillend:
verschillend
Cross Translation:
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verschillend | → diferente; distinto | ↔ different — not the same |
• verschillend | → diferente | ↔ verschieden — nicht gleich, andere Eigenschaften habend |
• verschillend | → diferente; distinto | ↔ verschieden — nicht der-/die-/dasselbe, nicht identisch |
• verschillend | → diferente; distinto; divergente | ↔ différent — Qui n’est pas pareil, qui est autre, distinct. |
verschillend form of verschillen:
-
verschillen (afwijken)
diferir; desviarse de; ser diferente; ser distinto; diferenciarse; apartarse-
diferir verb
-
desviarse de verb
-
ser diferente verb
-
ser distinto verb
-
diferenciarse verb
-
apartarse verb
-
-
verschillen (uiteenlopen; variëren; veranderen; afwisselen; wisselen)
-
verschillen (verschil maken; schelen)
diferenciar; variar; ser distinto; ser diferente-
diferenciar verb
-
variar verb
-
ser distinto verb
-
ser diferente verb
-
Conjugations for verschillen:
o.t.t.
- verschil
- verschilt
- verschilt
- verschillen
- verschillen
- verschillen
o.v.t.
- verschilde
- verschilde
- verschilde
- verschilden
- verschilden
- verschilden
v.t.t.
- heb verschild
- hebt verschild
- heeft verschild
- hebben verschild
- hebben verschild
- hebben verschild
v.v.t.
- had verschild
- had verschild
- had verschild
- hadden verschild
- hadden verschild
- hadden verschild
o.t.t.t.
- zal verschillen
- zult verschillen
- zal verschillen
- zullen verschillen
- zullen verschillen
- zullen verschillen
o.v.t.t.
- zou verschillen
- zou verschillen
- zou verschillen
- zouden verschillen
- zouden verschillen
- zouden verschillen
diversen
- verschil!
- verschilt!
- verschild
- verschillend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het verschillen (schelen)
Translation Matrix for verschillen:
Antonyms for "verschillen":
Related Definitions for "verschillen":
Wiktionary Translations for verschillen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verschillen | → distinguirse | ↔ unterscheiden — (reflexiv) sich (von etwas/ jemandem) unterscheiden: anders sein (als etwas/ jemand) |
• verschillen | → diferir; aplazar | ↔ différer — Traductions à trier suivant le sens |