Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. verslaafdheid:
  2. verslaafd:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verslaafdheid from Dutch to Spanish

verslaafdheid:

verslaafdheid [de ~ (v)] noun

  1. de verslaafdheid (verslaving; afhankelijkheid; gewenning)
    la adicción; la dependencia

Translation Matrix for verslaafdheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
adicción afhankelijkheid; gewenning; verslaafdheid; verslaving
dependencia afhankelijkheid; gewenning; verslaafdheid; verslaving aanbouw; afdeling; ander filiaal; bijgebouw; departement; dependance; detachement; ledemaat; lichaamsdeel; lidmaat; onderhorigheid; sectie; subordinatie; tak; uitbouw

Related Words for "verslaafdheid":


Wiktionary Translations for verslaafdheid:


Cross Translation:
FromToVia
verslaafdheid adicción addiction — the state of being addicted
verslaafdheid manía lubiecaprice extravagant.
verslaafdheid manía tocade — variante de|toquade|fr.
verslaafdheid manía toquadeengouement, manie, singularité.

verslaafdheid form of verslaafd:


Translation Matrix for verslaafd:

NounRelated TranslationsOther Translations
adicto verslaafde
drogodependiente verslaafde
ModifierRelated TranslationsOther Translations
adicto verslaafd
drogodependiente verslaafd
enganchado verslaafd
enviciado verslaafd

Related Words for "verslaafd":


External Machine Translations: