Noun | Related Translations | Other Translations |
accord
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
accoord; accorderen; afspraak; afspreken; akkoord; arrangement; bijval; compromis; contract; deal; fiat; gemeenschappelijkheid; goedkeuring; goedvinden; instemming; overeenkomst; overeenstemmen; overeenstemming; permissie; regeling; saamhorigheidsgevoel; schikking; solidariteit; toelating; toestemming; transactie; vereffening; vergelijk; zaak
|
alliance
|
eensgezindheid; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
akkoord; alliantie; alliëren; associatie; band; binding; bond; bondgenootschap; broederschap; bruiloft; bruiloftsdag; burgerlijke staat; coalitie; echt; echtverbintenis; federatie; genootschap; huwelijk; huwelijksdag; huwelijksring; liga; machtsblok; pact; sociëteit; trouwdag; trouwerij; trouwring; unie; verbond; verdrag; vereniging; vereniging van bevriende staten
|
concordance
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie
|
congruent zijn; overeenstemming; saamhorigheidsgevoel; solidariteit
|
concorde
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
harmonie; saamhorigheidsgevoel; samenklank; solidariteit
|
consensus
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie
|
overeenstemming; saamhorigheidsgevoel; solidariteit
|
entente
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; eenstemmigheid; harmonie; saamhorigheid; solidariteit; unanimiteit; verbondenheid
|
alliantie; bond; bondgenootschap; mededingingsregeling; saamhorigheidsgevoel; solidariteit; verbond; verstandhouding
|
fraternité
|
eensgezindheid; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
bond; broederschap; genootschap; sociëteit; vereniging
|
harmonie
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
balans; blaaskapel; evenwicht; fanfare; fanfarekorps; harmonie; harmonieleer; harmonieorkest; kapel; muziekkorps; orkest voor harmoniemuziek; samenklank; zangerigheid
|
solidarité
|
eendrachtigheid; eensgezindheid; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
alliantie; bond; bondgenootschap; lotsverbondenheid; solidariteitsgevoel; verbond; verbondenheid
|
unanimité
|
eendrachtigheid; eensgezindheid; eenstemmigheid; saamhorigheid; unanimiteit
|
eenstemmigheid
|
union
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie
|
aaneenvoeging; akkoord; alliantie; amalgamatie; associatie; band; binding; bond; bondgenootschap; broederschap; bruiloftsdag; burgerlijke staat; coalitie; echt; echtverbintenis; eenwording; federatie; fusie; genootschap; harmonie; huwelijk; huwelijksdag; huwelijkse staat; liga; pact; saamhorigheidsgevoel; samendoen; samenklank; samensmelting; samenvoeging; sociëteit; solidariteit; statenbond; trouwdag; unie; verbinden; verbinding; verbond; verdrag; vereniging; versmelting
|
unisson
|
eendracht; eendrachtigheid; eensgezindheid; harmonie
|
harmonie; samenklank
|
unité
|
eendrachtigheid; eensgezindheid; saamhorigheid; solidariteit; verbondenheid
|
eenheid; eenvormigheid; gelijkvormigheid; legerafdeling; legereenheid; legeronderdeel; uniformiteit
|