Summary
Dutch to French: more detail...
- bespoedigen:
-
Wiktionary:
- bespoedigen → encourager, favoriser, forcer, hâter, presser, précipiter
- bespoedigen → accélérer, hâter, presser
Dutch
Detailed Translations for bespoedigen from Dutch to French
bespoedigen:
-
bespoedigen (versnellen; accelereren; verhaasten)
accélérer; précipiter; presser; hâter; activer; brusquer-
accélérer verb (accélère, accélères, accélérons, accélérez, accélèrent, accélérais, accélérait, accélérions, accélériez, accéléraient, accélérai, accéléras, accéléra, accélérâmes, accélérâtes, accélérèrent, accélérerai, accéléreras, accélérera, accélérerons, accélérerez, accéléreront)
-
précipiter verb (précipite, précipites, précipitons, précipitez, précipitent, précipitais, précipitait, précipitions, précipitiez, précipitaient, précipitai, précipitas, précipita, précipitâmes, précipitâtes, précipitèrent, précipiterai, précipiteras, précipitera, précipiterons, précipiterez, précipiteront)
-
presser verb (presse, presses, pressons, pressez, pressent, pressais, pressait, pressions, pressiez, pressaient, pressai, pressas, pressa, pressâmes, pressâtes, pressèrent, presserai, presseras, pressera, presserons, presserez, presseront)
-
hâter verb (hâte, hâtes, hâtons, hâtez, hâtent, hâtais, hâtait, hâtions, hâtiez, hâtaient, hâtai, hâtas, hâta, hâtâmes, hâtâtes, hâtèrent, hâterai, hâteras, hâtera, hâterons, hâterez, hâteront)
-
activer verb (active, actives, activons, activez, activent, activais, activait, activions, activiez, activaient, activai, activas, activa, activâmes, activâtes, activèrent, activerai, activeras, activera, activerons, activerez, activeront)
-
brusquer verb (brusque, brusques, brusquons, brusquez, brusquent, brusquais, brusquait, brusquions, brusquiez, brusquaient, brusquai, brusquas, brusqua, brusquâmes, brusquâtes, brusquèrent, brusquerai, brusqueras, brusquera, brusquerons, brusquerez, brusqueront)
-
Conjugations for bespoedigen:
o.t.t.
- bespoedig
- bespoedigt
- bespoedigt
- bespoedigen
- bespoedigen
- bespoedigen
o.v.t.
- bespoedigde
- bespoedigde
- bespoedigde
- bespoedigden
- bespoedigden
- bespoedigden
v.t.t.
- heb bespoedigd
- hebt bespoedigd
- heeft bespoedigd
- hebben bespoedigd
- hebben bespoedigd
- hebben bespoedigd
v.v.t.
- had bespoedigd
- had bespoedigd
- had bespoedigd
- hadden bespoedigd
- hadden bespoedigd
- hadden bespoedigd
o.t.t.t.
- zal bespoedigen
- zult bespoedigen
- zal bespoedigen
- zullen bespoedigen
- zullen bespoedigen
- zullen bespoedigen
o.v.t.t.
- zou bespoedigen
- zou bespoedigen
- zou bespoedigen
- zouden bespoedigen
- zouden bespoedigen
- zouden bespoedigen
diversen
- bespoedig!
- bespoedigt!
- bespoedigd
- bespoedigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for bespoedigen:
Wiktionary Translations for bespoedigen:
bespoedigen
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bespoedigen | → accélérer | ↔ accelerate — to hasten |
• bespoedigen | → hâter; presser | ↔ hasten — to make someone/something speed up |