Summary
Dutch to French: more detail...
- contact:
-
Wiktionary:
- contact → contact
- contact → contact, exposition, adhérence
Dutch
Detailed Translations for contact from Dutch to French
contact:
-
het contact (verbinding; aansluiting; connectie)
la connexion; le contact; la ligne téléphonique; la liaison; la communication; la relation; la jonction; l'interface; le le rapport -
het contact (aanraking)
-
het contact (voeling)
-
het contact (contactpersoon)
Translation Matrix for contact:
Related Words for "contact":
Synonyms for "contact":
Related Definitions for "contact":
Wiktionary Translations for contact:
contact
Cross Translation:
noun
contact
-
een toestand waarbij twee voorwerpen elkaar raken
- contact → contact
-
onderlinge communicatie
- contact → contact
-
een contactpersoon
- contact → contact
-
een verbinding van twee elektrische geleidingen
- contact → contact
-
een elektrische schakelaar
- contact → contact
-
de grens tussen stollings- en nevengesteente
- contact → contact
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• contact | → contact | ↔ contact — an act of touching physically |
• contact | → contact | ↔ contact — an establishment of communication |
• contact | → exposition | ↔ exposure — condition |
• contact | → adhérence | ↔ Haftung — Physik: Halt auf einer Oberfläche |