Dutch

Detailed Translations for duiten from Dutch to French

duiten:

duiten [de ~] noun, plural

  1. de duiten (geldstukken; centen)
    le centimes; la monnaie; le sous; le pognon; le capitaux; l'argent; le blé; le fric; le deniers; la pièces d'argent

Translation Matrix for duiten:

NounRelated TranslationsOther Translations
argent centen; duiten; geldstukken duit; geld; poen; zilver
blé centen; duiten; geldstukken duit; geld; graan; poen; tarwe
capitaux centen; duiten; geldstukken duit; geld; poen
centimes centen; duiten; geldstukken geld; poen
deniers centen; duiten; geldstukken geld; poen
fric centen; duiten; geldstukken duit; geld; poen
monnaie centen; duiten; geldstukken Valuta; betaalmiddel; geld; geldsoort; geldspecie; geldstuk; kleingeld; money; munt; munteenheid; muntsoort; muntspecie; muntstuk; penning; poen; valuta; wisselgeld
pièces d'argent centen; duiten; geldstukken
pognon centen; duiten; geldstukken duit; geld; poen
sous centen; duiten; geldstukken geld; poen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
sous beneden; binnen; binnen een tijdsspanne; niet boven; onder

Related Words for "duiten":


duiten form of duit:

duit [de ~] noun

  1. de duit
    l'argent; le denier; le blé; le fric; le pognon; le capitaux

Translation Matrix for duit:

NounRelated TranslationsOther Translations
argent duit centen; duiten; geld; geldstukken; poen; zilver
blé duit centen; duiten; geld; geldstukken; graan; poen; tarwe
capitaux duit centen; duiten; geld; geldstukken; poen
denier duit stuiver; stuivertje
fric duit centen; duiten; geld; geldstukken; poen
pognon duit centen; duiten; geld; geldstukken; poen

Related Words for "duit":