Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. lieflijkheid:
  2. lieflijk:


Dutch

Detailed Translations for lieflijkheid from Dutch to French

lieflijkheid:

lieflijkheid [de ~ (v)] noun

  1. de lieflijkheid (lieftalligheid)
    la grâce; la douceur; le charme; la gentillesse; l'amabilité; la suavité

Translation Matrix for lieflijkheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
amabilité lieflijkheid; lieftalligheid aardigheid; gastvrijheid; goedaardigheid; gunstige gezindheid; hartelijkheid; liefheid; vriendelijkheid; vriendschappelijkheid; welwillendheid; zoetheid
charme lieflijkheid; lieftalligheid aanlokkelijkheid; aantrekkelijkheid; aantrekken; aantrekking; aantrekkingskracht; aanvechting; attractiviteit; bekoorlijkheid; bekoren; bekoring; betovering; bevalligheid; charme; charmeren; fascinatie; gratie; lokken; seductie; temptatie; verleiden; verleiding; verlokking; verovering; verrukkelijkheid; verzoeking
douceur lieflijkheid; lieftalligheid clementie; compassie; gevoeligheid; goedertierenheid; hartelijkheid; innigheid; liefheid; liefkozing; mildheid; tederheid; toegevendheid; weekheid; welwillendheid; zachtaardigheid; zachtheid; zoetheid
gentillesse lieflijkheid; lieftalligheid aardigheid; cadeau; galanterie; gastvrijheid; geschenk; goedaardigheid; hartelijkheid; hoffelijkheid; kado; liefheid; present; presentje; verjaardagscadeau; wellevendheid; zoetheid
grâce lieflijkheid; lieftalligheid barmhartigheid; begenadiging; bekoorlijkheid; bevalligheid; dienst; elegantie; genade; gezegende toestand; goedertierenheid; goedgunstigheid; gratie; gunst; heil; kwijtschelding; mededogen; pardon; vergeving; vergiffenis; verschoning; voorspoed; welwillendheid; wijding; zegen; zegenen; zegening
suavité lieflijkheid; lieftalligheid

Related Words for "lieflijkheid":


lieflijkheid form of lieflijk:

lieflijk adj

  1. lieflijk

Translation Matrix for lieflijk:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
adorable lieflijk aanbiddelijk; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; aimabel; alleraardigst; allerliefst; attractief; begeerenswaardig; bekoorlijk; bevallig; charmant; dierbare; dottig; enig; geliefde; knap; lief; lieftallig; mooi; prettig; schattig; snoeperig; snoezig; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; verrukkelijk; vertederend; verzoekend
charmant lieflijk aanbiddelijk; aangenaam; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; aimabel; allerliefst; attent; attractief; begeerenswaardig; behaaglijk; behulpzaam; bekoorlijk; bevallig; charmant; dottig; elegant; enig; fijn; genegenheid opwekkend; goedaardig; goedhartig; gracieus; hulpvaardig; innemend; knap; leuk; lief; lieftallig; minzaam; mooi; oogstrelend; plezant; plezierig; prettig; schattig; sierlijk; snoezig; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; verrukkelijk; vertederend; verzoekend; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig
mignon lieflijk aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; aimabel; alleraardigst; allerliefst; attractief; beeldig; bekoorlijk; bevallig; charmant; dierbare; dottig; enig; fraai; geliefde; goed ogend; knap; leuk; leuk van uiterlijk; lief; liefelijk; mooi; prettig; schattig; snoeperig; snoezig; sympathiek; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; vertederend; verzoekend; welgevallig
ravissant lieflijk aanbiddelijk; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; aimabel; alleraardigst; allerliefst; attractief; beeldig; beeldschoon; begeerenswaardig; bekoorlijk; bevallig; charmant; fraai; goddelijk; goed ogend; heerlijk; hemels; knap; kostelijk; lekker; lief; liefelijk; mooi; overheerlijk; paradijselijk; prettig; reuzelekker; schattig; smakelijk; snoeperig; snoezig; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; verrukkelijk; verzoekend; welgevallig; zalig

Related Words for "lieflijk":

  • lieflijkheid, lieflijker, lieflijkere, lieflijkst, lieflijkste, lieflijke