Dutch
Detailed Translations for snuiter from Dutch to French
snuiter:
-
de snuiter
Translation Matrix for snuiter:
Noun | Related Translations | Other Translations |
drôle de type | snuiter | een vreemde snuiter; klungel; klungelaar; kruk; snoeshaan; stoethaspel; stumper |
gamin | snuiter | bengel; boefje; deugniet; dreumes; hummel; joch; jochie; jongetje; klein jongetje; klein kind; kleine jongen; kleintje; kwajongen; ondeugd; peuter; schavuit; schelm; straatjongen; uk; vandaal; vlegel; worm; wurm |
type | snuiter | aard; fatje; figuur; gast; genre; gevaarte; goser; gozer; heerschap; heertje; individu; jochie; joekel; jongetje; kanjer; kerel; klasse; kleine jongen; knaap; knakker; knoert; knul; kokker; kokkerd; loei; man; model; monster; onderverdeling; proefje; proeve; slag; soort; specimen; staal; staaltje; sujet; type; vent |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
gamin | bengelachtig; guitig; jongensachtig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig |