Dutch
Detailed Translations for terugvloeien from Dutch to French
terugvloeien:
-
terugvloeien (terugspoelen; terugstromen)
revenir; refluer; rebobiner-
revenir verb (reviens, revient, revenons, revenez, reviennent, revenais, revenait, revenions, reveniez, revenaient, revins, revint, revînmes, revîntes, revinrent, reviendrai, reviendras, reviendra, reviendrons, reviendrez, reviendront)
-
refluer verb (reflue, reflues, refluons, refluez, refluent, refluais, refluait, refluions, refluiez, refluaient, refluai, refluas, reflua, refluâmes, refluâtes, refluèrent, refluerai, reflueras, refluera, refluerons, refluerez, reflueront)
-
rebobiner verb (rebobine, rebobines, rebobinons, rebobinez, rebobinent, rebobinais, rebobinait, rebobinions, rebobiniez, rebobinaient, rebobinai, rebobinas, rebobina, rebobinâmes, rebobinâtes, rebobinèrent, rebobinerai, rebobineras, rebobinera, rebobinerons, rebobinerez, rebobineront)
-
Conjugations for terugvloeien:
o.t.t.
- vloei terug
- vloeit terug
- vloeit terug
- vloeien terug
- vloeien terug
- vloeien terug
o.v.t.
- vloeide terug
- vloeide terug
- vloeide terug
- vloeiden terug
- vloeiden terug
- vloeiden terug
v.t.t.
- ben teruggevloeid
- bent teruggevloeid
- is teruggevloeid
- zijn teruggevloeid
- zijn teruggevloeid
- zijn teruggevloeid
v.v.t.
- was teruggevloeid
- was teruggevloeid
- was teruggevloeid
- waren teruggevloeid
- waren teruggevloeid
- waren teruggevloeid
o.t.t.t.
- zal terugvloeien
- zult terugvloeien
- zal terugvloeien
- zullen terugvloeien
- zullen terugvloeien
- zullen terugvloeien
o.v.t.t.
- zou terugvloeien
- zou terugvloeien
- zou terugvloeien
- zouden terugvloeien
- zouden terugvloeien
- zouden terugvloeien
diversen
- vloei terug!
- vloeit terug!
- teruggevloeid
- terugvloeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for terugvloeien:
Verb | Related Translations | Other Translations |
rebobiner | terugspoelen; terugstromen; terugvloeien | vooruitspoelen |
refluer | terugspoelen; terugstromen; terugvloeien | ebben; kenteren; wegebben |
revenir | terugspoelen; terugstromen; terugvloeien | keren; omkeren; retourneren; spoken; ten deel vallen; teruggaan; terugkeren; terugkomen; terugreizen; terugrijden; toekomen; toekomen aan; toevallen; verdiend hebben; wederkeren; weerkeren |