Noun | Related Translations | Other Translations |
bûcheur
|
uitslover
|
|
fayot
|
uitslover
|
|
flagorneur
|
uitslover
|
hielenlikker; kruiper; lage vleier; likker; mooiprater; slijmerd; strooplikker; vleier
|
flagorneuse
|
uitslover
|
|
lèche-bottes
|
uitslover
|
hielenlikker; kruiper; kruipers; lage vleier; likker; slijmerd; strooplikker
|
lécheur
|
uitslover
|
gourmet; hielenlikker; kruiper; lage vleier; lekkerbek; likkebaard; likkepot; likker; slijmerd; smulpaap; snoeper; strooplikker
|
lécheuse
|
uitslover
|
gourmet; lekkerbek; likkebaard; likkepot; smulpaap; snoeper
|
paillasson
|
uitslover
|
beddekleedje; deurkleedje; deurmat; gras; grasmat; kokosmat; mat; pispaal; stromat; vloermat; voetveeg
|
parasite
|
uitslover
|
klaploper; luxepaard; parasiet; persoon die op kosten van een ander leeft; profiteur; uitvreter
|
pique-assiette
|
uitslover
|
klaploper; parasiet; profiteur; uitvreter
|
prétentieux
|
uitslover
|
betweter; wijsneus
|
reptile
|
uitslover
|
reptiel
|
écornifleur
|
uitslover
|
bietser; louche handelaar; luxepaard; persoon die op kosten van een ander leeft; sjacheraar
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
bûcheur
|
|
bedreven; noest; onvermoeibaar
|
flagorneur
|
|
flemerig; flikflooierig; slijmerig; stroperig
|
prétentieux
|
|
aanmatigend; arrogant; belerend; frikkerig; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; ijdel; ingebeeld; neerbuigend; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; pedant; pretentieus; respectloos; schoolmeesterachtig; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|