Dutch

Detailed Translations for verstoten from Dutch to French

verstoten:

verstoten adj

  1. verstoten (verworpen; uitgestoten)

verstoten verb (verstoot, verstootte, verstootten, verstoten)

  1. verstoten
    repousser; rejeter; nier; renier; répudier; renoncer à; déshériter
    • repousser verb (repousse, repousses, repoussons, repoussez, )
    • rejeter verb (rejette, rejettes, rejetons, rejetez, )
    • nier verb (nie, nies, nions, niez, )
    • renier verb (renie, renies, renions, reniez, )
    • répudier verb (répudie, répudies, répudions, répudiez, )
    • déshériter verb (déshérite, déshérites, déshéritons, déshéritez, )

Conjugations for verstoten:

o.t.t.
  1. verstoot
  2. verstoot
  3. verstoot
  4. verstoten
  5. verstoten
  6. verstoten
o.v.t.
  1. verstootte
  2. verstootte
  3. verstootte
  4. verstootten
  5. verstootten
  6. verstootten
v.t.t.
  1. heb verstoten
  2. hebt verstoten
  3. heeft verstoten
  4. hebben verstoten
  5. hebben verstoten
  6. hebben verstoten
v.v.t.
  1. had verstoten
  2. had verstoten
  3. had verstoten
  4. hadden verstoten
  5. hadden verstoten
  6. hadden verstoten
o.t.t.t.
  1. zal verstoten
  2. zult verstoten
  3. zal verstoten
  4. zullen verstoten
  5. zullen verstoten
  6. zullen verstoten
o.v.t.t.
  1. zou verstoten
  2. zou verstoten
  3. zou verstoten
  4. zouden verstoten
  5. zouden verstoten
  6. zouden verstoten
diversen
  1. verstoot!
  2. verstoot!
  3. verstoten
  4. verstotend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verstoten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
déshériter verstoten onterven
nier verstoten in tegenspraak zijn met; loochenen; miskennen; niet weten te waarderen; onderschatten; onderwaarderen; ontkennen; refuteren; te laag inschatten; tegenspreken; weerspreken
rejeter verstoten abstineren; afketsen; afschepen; afschuiven; afslaan; afstemmen; afweren; afwijzen; afwimpelen; bedanken; danken; declineren; laten passeren; onthouden; spruiten; teruggooien; terugwerpen; terugwijzen; uitschieten; uitschieten plantkunde; verdedigen; versmaden; vertikken; verwaarlozen; verweren; verwerpen; wegcijferen; wegstemmen; wegsturen; weigeren; weren
renier verstoten logenstraffen; loochenen; ontkennen; verloochenen; verzaken; verzuimen
renoncer à verstoten afstand doen; afzien; afzweren; ermee uitscheiden; opgeven; ophouden; staken; stoppen; uitscheiden
repousser verstoten abstineren; afduwen; afhouden; afketsen; afkeuren; afnemen; afschepen; afschrikken; afslaan; afstemmen; afweren; afwijzen; afwimpelen; afzonderen; bang maken; bedanken; buitensluiten; ecarteren; evacueren; laten passeren; leegruimen; lichten; onthouden; ontruimen; opduwen; opschorten; opschuiven; plaats maken; rekken; schuivend verplaatsen; terugdrijven; terugdringen; terughouden; terugwijzen; uitsluiten; uitstellen; verdedigen; verplaatsen; verschrikken; verschuiven; versmaden; vertragen; vervreemden; verweren; verwerpen; verwijderen; verzetten; voor zich uitschuiven; wegbrengen; wegdoen; wegdringen; wegdrukken; wegduwen; weghalen; wegnemen; wegschuiven; wegstemmen; wegsturen; wegwerken; weren
répudier verstoten afstand doen; afzien; afzweren; logenstraffen; loochenen; verloochenen; verzaken
ModifierRelated TranslationsOther Translations
rejeté uitgestoten; verstoten; verworpen
repoussé uitgestoten; verstoten; verworpen
répudié uitgestoten; verstoten; verworpen

Related Words for "verstoten":