Dutch

Detailed Synonyms for activeren in Dutch

activeren:

activeren verb (activeer, activeert, activeerde, activeerden, geactiveerd)

  1. activeren
    activeren
    • activeren verb (activeer, activeert, activeerde, activeerden, geactiveerd)
  2. activeren
    aanmoedigen; activeren; opwekken; oppeppen; stimuleren; bezielen
    • aanmoedigen verb (moedig aan, moedigt aan, moedigde aan, moedigden aan, aangemoedigd)
    • activeren verb (activeer, activeert, activeerde, activeerden, geactiveerd)
    • opwekken verb (wek op, wekt op, wekte op, wekten op, opgewekt)
    • oppeppen verb (pep op, pept op, pepte op, pepten op, opgepept)
    • stimuleren verb (stimuleer, stimuleert, stimuleerde, stimuleerden, gestimuleerd)
    • bezielen verb (beziel, bezielt, bezielde, bezielden, bezield)
  3. activeren
    opwekken; tot leven wekken; activeren; reanimeren; verlevendigen; opleven
    • opwekken verb (wek op, wekt op, wekte op, wekten op, opgewekt)
    • tot leven wekken verb (wek tot leven, wekt tot leven, wekte tot leven, wekten tot leven, tot leven gewekt)
    • activeren verb (activeer, activeert, activeerde, activeerden, geactiveerd)
    • reanimeren verb
    • verlevendigen verb (verlevendig, verlevendigt, verlevendigde, verlevendigden, verlevendigd)
    • opleven verb (leef op, leeft op, leefde op, leefden op, opgeleefd)

Conjugations for activeren:

o.t.t.
  1. activeer
  2. activeert
  3. activeert
  4. activeren
  5. activeren
  6. activeren
o.v.t.
  1. activeerde
  2. activeerde
  3. activeerde
  4. activeerden
  5. activeerden
  6. activeerden
v.t.t.
  1. heb geactiveerd
  2. hebt geactiveerd
  3. heeft geactiveerd
  4. hebben geactiveerd
  5. hebben geactiveerd
  6. hebben geactiveerd
v.v.t.
  1. had geactiveerd
  2. had geactiveerd
  3. had geactiveerd
  4. hadden geactiveerd
  5. hadden geactiveerd
  6. hadden geactiveerd
o.t.t.t.
  1. zal activeren
  2. zult activeren
  3. zal activeren
  4. zullen activeren
  5. zullen activeren
  6. zullen activeren
o.v.t.t.
  1. zou activeren
  2. zou activeren
  3. zou activeren
  4. zouden activeren
  5. zouden activeren
  6. zouden activeren
diversen
  1. activeer!
  2. activeert!
  3. geactiveerd
  4. activerende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze